De Luister-en-Vertel-Tournee

13.11.06

De Luister-en-Vertel-Tournee over India

Maandag 7 maart, dag 6 van de Luister-en-Vertel-Tournee in India
Ahmedabad, Gujarat

De man met de hoed loopt door de oude stad. Dit keer neemt hij niet de route over de Nehru-bridge om bij Ashram Road te komen, de weg naar Gandhi's Ashram. Niet de route via de brede 400 meter lange brug over de Sabarmati Rivier met de honderden fietsers, scooters, motorrijders en autorickshaws. Dit keer baant hij zich een weg door de menigte voetgangers in de smalle straten.

Het valt hem nu pas op dat Ahmedabad een gemengde hindoe- en moslimstad is. De gemengde hindoe- en mosimgeschiedenis van India ligt op straat. In de ene straat stuit hij op een tempel, een straat verderop komt hij langs een moskee. Gesluierde vrouwen, sommigen helemaal gehuld in burka, afgewisseld met kleurige sari's. Azuurblauw, kanariegeel, knaloranje, appelgroen. Of zachtturkoois, lichtmint, safraan, roze. Aan de mannen kun je minder goed zien welke goden ze aanbidden. Als ze al een god in hun hoofd hebben. Behalve dan de god van roepie en dollar, die is universeel. Al is die laatste dan vervangen door de god van euro.

De hoed heeft sinds zijn vertrek, nog maar een paar dagen geleden, gemerkt dat die Eurpese munt net zo universeel is als de Amerikaanse. Op het vliegveld van Tel Aviv kon hij met euro's betalen. Wisselgeld in Israelische shekel voor lief nemen. Ach ja, als je 3 euro 90 moet betalen en je rond af in hele vijftallen kun je met een briefje van vijf gepast betalen. 'Beter 1 euro teveel dan teveel variatie aan geld in mijn broekzak', had hij nog gedacht.

En Saud, zoon van een textielfabrikant uit Ahmedabad en die hij een paar keer heeft gesproken bij het eetstalletje om de hoek bij Roopalee Guesthouse, had hem laatst verteld liever euro's dan dollars voor zijn broeken te ontvangen. "Waarom?".
"Omdat 1 euro 53 roepie waard is, en een dollar maar 45".

India is ruim 50 jaar een onafhankelijk democratisch land. Zeg maar twee generaties. Om precies te zijn sinds 15 augustus 1947. Daarvoor was het meer dan honderd jaar een Engelse kolonie en deel van het trotse British Empire. In hun drang een wereldrijk te stichten met aan het hoofd een koning of koningin in Londen hebben de Engelsen vanaf de 17de eeuw met de Portugezen, de Fransen en de Hollanders geconcurreerd om de hegemonie in dit deel van Azie. Nadat in het begin van de 19de eeuw in Europa de kruitdampen van de veldslagen van Napoleon waren afgelopen en hij ten zuiden van Brussel zijn Waterloo had gevonden, was ook in Brits Indie het pleit beslecht. Afgezien van een paar overgebleven kleine Portugese kolonies regeerde Brittania van Afganisthan in het westen tot Birma in het oosten. En van Kashmir in het noorden tot Kanyakumari in het zuiden.

Bij de onafhankelijkheid in 1947 werd dit Brits Indie opgesplitst in twee afzonderlijke landen. Hindustan, dat wij beter kennen als India, in het midden. En aan weerszijden Pakistan. Pas in 1971, na een boedige strijd, werd de onhoudbaarheid van deze ene staat met twee veruiteenliggende grondgebieden door de autoriteiten erkend. Het deel ten oosten van India, tot dan toe gemakshalve Oost-Pakistan genoemd, werd een aparte staat; Bangla Desh.

De kunstmatige opdeling van Brits Indie in 1947 had ook al tot grote tragedies geleid. Weliswaar was Pakistan overwegend moslim, en India vooral hindoe, in werkelijkheid leefden in iedere stad en in ieder dorp beide groepen naast en door elkaar. In de loop van eeuwen was een gemengde samenleving ontstaan. Uit angst voor de op handen zijnde splitsing en de mogelijke gevolgen daarvan trokken miljoenen moslims met have en goed naar het nieuwe Pakistan. Evenzo vluchtten miljoenen hindoes in omgekeerde richting naar India, vaak ales achteratend wat niet op de rug of op een ossekar kon worden meegenomen. En zefs dat raakte onderweg vaak verloren.

Op gevoel loopt de hoed richting Gandhi-bridge. een kilometer of zo stroomopwaarts van de Nehru-bridge en ook op Ashram Road uitkomend. Hij probeert de opschriften op de winkels te ontcijferen. Het meeste is in sanskriet. Af en toe ontwaart hij leesbare tekens. Zijn verwachting zich met Engels goed te kunnen redden blijkt vals. De meeste mensen, die hij tot nu toe heeft ontmoet, spreken Gujarati of Hindi. De Engelse woordenschat beperkt zich tot de dingen van alledag. Genoeg om alle praktische zaken te regelen. Maar een goed gesprek zit er meestal niet in. 'Zal ik toch het Hindi & Urdu phrasebook van Lonely Planet van buiten moeten leren', bedenkt hij zich, 'dat wordt me wat'.

Slechts af en toe treft hij iemand met een breder vocabulaire in Engels. Zoals Praleen, de kok van het eetstalletje om de hoek bij Roopaee Guesthouse. Bijna iedere avond zit de hoed daar. Om te schrijven, te lezen en om met mensen te praten. Praleen is een Nepalees van 23 jaar. Op zijn achttiende is hij uit Kathmandu weggegaan.In verschillende steden in india heeft hij gewerkt als kok en ober. Delhi, Poona, Mumbai, Bangalore en Goa. En nu dan vijf maanden in Ahmedabad. Hij spreekt Nepali, Hindi en behoorlijk Engels. Hij blijkt boedhost te zijn. Niet uit zichzelf, maar vanuit zijn familie.

Al lopende herkent de hoed het gebouw in de verte. Een soort watertoren, die hij steeds passeerde als hij de Nehru-bridge opliep. 'Verdraaid', denkt hij met spijt, 'ik heb in een rondje gelopen'. Hij steekt de Nehru-brug over. Een uur later is hij bij Gandhi's Sabarmati Ashram.

's Avonds eet hij een kom gebakken rijst op zijn Manchuriaans. Wat dat dan ook maar zijn mag. In ieder geval vegetarisch. Een stuk of vijf jongens schuiven bij hem aan. Hij herkent er een van de avond tevoren. Niet meteen; hij ontmoet zoveel nieuwe gezichten met rare en soms onuitspreekbare namen dat hij moeite heeft ze uit elkaar te houden. 'Is dat nou dezelfde, of niet?'. Maar al snel in het gesprek blijkt dat het dezelfde jongen is, die gisteravond wilde weten waar hij vandaan komt.
"Netherlands. Europa."

En wat voor beroep hij heeft.
"Being me", had hij gezegd, omdat hij niet zoveel zin had weer een keer uit te leggen dat je best en taxichauffeur en jurist en consultant en ondernemer kunt zijn. En omdat hij het eigenlijk zelf ook niet goed weet.

"Being myself".
Misschien wel de beste manier om te omschrijven wat hij doet.


Misschien kent u dat gevoel ook wel; in het buitenland durf je meer dan thuis. Zeker als je je goed en op je gemak voelt. Dus durf ik u drie brutale vragen te stellen.

1.
Gun uzelf 10 seconden. Overpeins een woord, een zin, of een anekdote uit het verhaal. Mag ook een minuut zijn.

2.
Misschien vond u het verhaal leuk. Ik hoop het. Misschien kent u iemand, die mij niet kent, waarvan u denkt dat die het ook een leuk verhaal is. Vertel hem dit verhaal. Of stuur het door. Maar alleen als u denkt dat hij het leuk vindt, anders niet. Vraag het hem eerst als u twijfelt. Het hoeft niet meteen.

3.
Misschien, heel misschien, sprak het verhaal u aan. Misschien, heel misschien vindt u het een euro waard. Zoals je een taxichauffeur of een serveerster een euro fooi geeft als hij u goed bediend heeft. Maak dan een euro over op rekeningnummer 1689.67.456, t.n.v. Stichting Luister en Vertel Tournee. Maar alleen als u het een euro waard vindt, anders niet.

ton.