De Luister-en-Vertel-Tournee

13.1.07

Zonsopkomst in New York

Zondag 25 september 2005, dag 14 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Amerika

Central Park, New York

Er zijn van die dingen in het leven, die zo gewoon zijn, dat je niet meer stilstaat bij de schoonheid ervan. De zonsopkomst bijvoorbeeld. En dan niet de dageraad, waarvoor je eerst in het holst van de nacht een of andere bergtop in de Himalaya of in de Alpen moet beklimmen om zo optimaal mogelijk van dat dagelijkse natuurwonder te kunnen genieten. Nee, ik heb het over het doodgewone fenomeen dat het iedere dag na de nacht weer licht wordt.

Zonsopkomst is eigenlijk een raar woord. Net als zonsondergang. Al ruim 400 jaar erkent de mensheid dat de zon niet opkomt en evenmin ondergaat. En zelfs voor Copernicus en Galilei waren er al mensen die wisten dat de heersende opvatting over de verhouding tussen onze aardse wereld en de ster die wij zon noemen op zijn zachtst gezegd niet helemaal conform de werkelijkheid is. Onze eigen wereld is niet het middelpunt van het heelal. Dat wisten sommige denkers al in de Griekse oudheid. Nou ja, ze dachten het in ieder geval. Weten is weer wat anders. En misschien zijn er ook wel Chinese en Indische mensen geweest, die tot zulke verlichte inzichten zijn gekomen. Uiteindelijk dateren die beschavingen van eeuwen voor onze westerse beschaving. Wat dan ook maar beschaving mag heten.

Maar om een of andere reden werden al die verlichte denkers niet serieus genomen, soms voor gek verklaard of zelfs op de brandstapel monddood gemaakt. En ook al weet bijna iedereen tegenwoordig hoe het in elkaar zit, toch laten we in ons taalgebruik nog steeds de zon opkomen en weer ondergaan. Mooi voorbeeld hoe zelfs moderne talen achterblijven bij ons voortschrijdend inzicht.

Deze morgen werd de man met de hoed weer eens op een prettige manier geconfronteerd met de schoonheid van de zonsopkomst. Hij had die nacht buiten geslapen, op een bankje in een park in The Bronx. Dat kwam zo.

Gisteren was hij met de trein van New Haven, Connecticut naar New York gegaan. Joe had hem naar het station gebracht, het meest noordelijke van de stadstreindienst van New York. Vanuit Taunton, Massachusetts een autorit van twee uur, uurtje wachten op de trein en daarna nog eens ruim anderhalf uur naar New York City.

Hij had van Gail het adres van Nancy gekregen. Een vriendin van haar, waar hij kon overnachten. Zij woont in The Bronx, de wijk in het noorden van de stad. En dus was hij op 125st Street uitgestapt, te voet door Harlem naar een subway-station verderop gegaan, en vandaar met de ondergrondse naar 205th Street, in The Bronx. Na wat zoeken het adres gevonden. Helaas niemand thuis.

Nou had hij al zo'n vermoeden dat het anders zou gaan dan gepland. De hele dag hadden hij en Joe al geprobeerd Nancy te bellen. Steeds het antwoordapparaat. Waarschijnlijk een weekendje de stad uit. Gelukkig had Joe hem een reserve-adres gegeven, voor als het met Nancy niet goed zou uitpakken. En hij had ook nog het nummer van Gail in Detroit. "Bel me als je bij Nancy geen gehoor vindt. Ik weet nog wel een paar adressen in New York". Helaas; steeds het antwoordapparaat.

Geen nood. Het is nog vroeg in de avond, de zon is nog niet onder. Hij zou het later nog wel eens proberen. Eerst maar eens wat te eten vinden. Zo gezegd zo gedaan. In een winkel een fles jus d'orange en twee croissants gekocht. En een telefoonkaart. Handig, want nu kon hij door het hele land bellen voor lokaal tarief. Zelfs vanaf een telefooncel. Rond half negen, het was al donker geworden, nog eens de verschillende telefoonnummers geprobeerd. Weer steeds een machine aan de andere kant van de lijn. Wat nu?

Uiteindelijk besluit hij dan maar de nacht in de buitenlucht door te brengen, onder de maan en de sterren. Ondanks de verdwenen zon is het nog aangenaam warm. En hij begrijpt ook wel dat dat tegen het einde van de nacht wel eens anders zou kunnen zijn, maar zijn slaapzak brengt uitkomst. Als het maar droog blijft. In het dichstbijzijnde park vindt hij een bankje.

En zo komt het dat hij 's morgens vroeg door de eerste zonnestralen wordt gewekt. De lucht is bijna wolkeloos. Die enkele wolken maken het palet juist nog kleurrijker. Eerst donkerblauw, net van het nachtelijkezwart af. Dan via verschillende tinten paars en lila naar violet en roze. Daarna rood in vele schakeringen. Later oranje en geel. Soms fel, soms zacht-pastel. Het schouwspel duurt alles bij elkaar 15, misschien twintig minuten.

Hij realiseert zich wat misschien wel het mooiste en meestvergeten aspect van de zonsopkomst is. Het is gratis.

ton

3 brutale vragen:

1.
Het leven is duur, nietwaar? Inderdaad, niet waar. Het ligt er maar net aan waar je oog voor hebt. Soms is het gratis.

2.
Mischien kent u wel iemand, die in is voor gratis cadeautjes. Waarvan u denkt dat hij het wel leuk vindt zomaar een gewoordenschilderde zonsopkomst te krijgen. Stuur het dan door. Maar alleen als u denkt hem er een plezier mee te doen. Anders niet.

3.
Misschien, heel misschien vond u deze zonsopkomst wel een euro waard. Als dat zo is, maak het over naar rekeningnummer 1689.67.456 t.n.v. Stichting Luister-en-Vertel-Tournee te Oisterwijk. Zo niet, doe het dan niet. Want dan zou het een dure euro zijn.