Wat is de man-met-hoed zonder hoed?
Donderdag 8 maart 2007,
dag 8 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Syrie
Botanical Garden coffee house, Old City, Damascus
Toen hij vanmorgen door de houten deur van het Al-Haramain Hotel de steeg ernaast instapte, herinnerde de frisse wind hem er aan blootshoofds te zijn, en aan zijn vergeetachtigheid. Verdraaid, weer zijn hoed vergeten! Net als gistermorgen.
Terug in kamer 5 kan hij dat donkerbruin leren hoofddeksel uit Australie maar niet vinden. Hoe hij ook tussen zijn spullen zoekt, en onder het bed; geen hoed. Hij zal hem toch niet kwijt zijn? Wat zou de man met de hoed zonder hoed zijn? Hij kan niet helpen een beetje sjagrijnig van zijn eigen slordigheid te worden.
Hij graaft in zijn geheugen; wanneer heeft hij die hoed voor het laatst gezien? Gewoonlijk legt hij hem bij het slapen gaan op de rugzak naast het bed. Heeft hij dat gisteravond ook gedaan? Hij kan zich niet indenken van niet, maar feit is dat'ie daar nu niet is. Misschien laten liggen op de bank in de hal van het hotel? Daar heeft hij gisteravond, ook gewoontegetrouw, als dagafsluiting zitten lezen en schrijven. Nee, ook niet. Het sjagrijn wordt groter, begint serieus te worden.
Zou die hoed misschien door iemand zijn meegenomen? Onwillekeurig bespringt hem de gedachte dat iemand zijn hoed heeft gejat. Waarom? Hij zou het niet weten, maar dat zegt niks: er zijn wel meer gebeurtenissen waarvan hij het waarom niet begrijpt, en die vinden evenzogoed plaats. En wie zou dat dan gedaan hebben? Wie zou er wel interesse in zo'n oude hoed hebben, maar niet in zijn veel waardevollere portefeuille? Ook daarvoor heeft hij als antwoord dat het feit dat hij dat niet weet nog niet betekent dat zo iemand niet bestaat.
Die zin overdenkt hij zich nog eens. Ja; klopt echt: het enkele feit dat hij zich niet kan bedenken wie de moeite zou willen nemen zijn hoed weg te nemen en waarom, wil nog niet zeggen dat er niet zo iemand is, die er een reden voor heeft.
Hij verwerpt de diefstal-gedachte. Veel waarschijnlijker is het dat hij die hoed ergens heeft laten liggen, maar zich niet meer precies kan herinneren waar dan. Intussen schaamt hij zich toch wel een beetje voor zijn kwade ingeving: kennelijk is zijn cynische inborst sterk genoeg zijn geest op zulke gedachten te brengen. En sterker groeit het sjagrijn.
Nog een keer gezocht. Al zijn spullen uitgepakt, netjes weer opgevouwen en weer ingepakt. Bed afgehaald en weer opgedakt. Belachelijk natuurlijk; de kans dat die hoed tussen de lakens terecht is gekomen is minimaal, zo niet nul. Maar dat ding moet toch ergens zijn. Inderdaad; tussen de lakens en de dekens geen hoed te vinden. Zijn humeur wordt er alleen maar nog bedenkelijker van.
Te lange leste geeft hij het op. Hij loopt weer door de deur het steegje in, nog steeds blootshoofds. Heeft moeite de slechte zin om een verloren hoed weg te denken. Eigenlijk best wel triest, zoveel mineur om zoiets triviaals. Met het grootste gemak zijn er wel honderdduizend grotere rampen te bedenken, die hem allemaal niet hebben getroffen. Allemaal in de categorie 'dat heb ik weer'. Helaas, het helpt niets aan de slechte zin.
Om een of andere reden, die hij zelf niet goed weet, gaat hij bovenaan de trap aan het einde van het steegje niet linksaf naar het stalletje waar hij tot nu toe iedere dag een verse sinaasappelsap ging drinken, maar linksaf richting CI@O Net, het internetcafe dat hij dagelijks, soms wel tweemaal, bezoekt om zijn verhalen te mailen. Intuitie misschien? Of misschien de onbestemde vage notie daar wellicht gisteravond zijn hoed te zijn vergeten? Uiteindelijk was dat de laatste plaats waar hij is geweest voor hij terug naar Al-Haramain is gegaan. Hij durft het niet te hopen, was zich al juist een beetje aan het verzoenen met de gedachte zonder die hoed verder te moeten. Lijkt hem erg onwaarschijnlijk ook, maar je weet ooit nooit niet.
En jawel hoor! Als hij CI@O Net binnenloopt komt Walid Shibly, de eigenaar, al naar hem toe. "Je bent wat vergeten gisteren", en hij wijst op een donkerbruine Australische hoed, die aan een haak hangt. Zijn hoed!
Het sjagrijn verdwijnt, maar niet helemaal. Wat blijft is zijn beschaamdheid voor zijn misplaatste kwade vermoeden.
3 brutale vragen:
1.
Ook wel eens bij misfortuin de oorzaak ergens anders gezocht, zelfs bij andermans kwade wil, in plaats van bij eigen gebrek? Vast niet...
2.
Misschien vindt u dit verhaal wel niet alleen voor uzelf geschikt, maar ook voor iemand anders. Als dat zo is, vertel of stuur het door. U moet het zelf weten, hoor.
3.
Misschien vindt u het verhaal van de man met de hoed, die om een kwijtgeraakte hoed ook zijn goede humeur kwijt raakte, wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als het u een euro waard is. Anders niet; zou slecht voor uw humeur zijn.
Vriendelijke groet, ton.
1 Comments:
Beste Ton,
Ik ben door Ferry opmerkzaam gemaakt op jou en je verhalen over de man met de hoed.
Ik ben lid van de Independent Order of Odd Fellows, kortweg I.O.O.F genoemd. Hier vervul ik een functie waarbij ik regelmatig een bijdrage in de vorm van een verhaal moet houden met een boodschap. Jouw verhalen inspireren me. Vooral dit verhaal over de vergeten hoed en het verhaal over de schoenenpoetser.
Ik zal ook graag aan mijn "financiele verplichting" voldoen.
Als je weer eens in Nl bent wil ik graag eens met je kennis maken.
Hartelijke groet,
Wim
Een reactie posten
<< Home