Brief aan Margriet over Sting en Starbucks
Zondag 29 november 2009
Drie dagen terug van weer een Luister-en-Vertel-Tournee in Amerika
Mansion Hotel Bos en Ven, Oisterwijk
Lieve Margriet,
“Ik hou van je en ik mis je.”
Als ik op reis ben stuur ik Laure en Tom ieder elke dag een ansichtkaart van waar ik die dag ben. Ik schrijf er een kort verhaal op over wat ik er doe of meemaak, of over de stad of het land. Inmiddels hebben ze honderden kaarten gekregen. Die bewaren ze in een schoenendoos.
Onderaan ieder verhaal schrijf ik steeds dezelfde zin. “Ik hou van je en ik mis je. Liefs, papa”. De autist in me verzet zich tegen veranderingen in die afsluitende regel en dus heb ik de afgelopen vijf jaar honderden keren diezelfde woorden op een ansichtkaart neergepend.
Je zou denken dat dat dan een routineuze handeling wordt, waarvan de betekenis steeds meer afneemt. Kwantiteit dat leidt tot verlies aan kwaliteit. Maar dat is niet zo. Het lijkt eerder dat de herhaling van steeds dezelfde woorden de achterliggende emoties versterkt.
Over de kracht van liefde van ouders voor hun kinderen hoef ik je niets te vertellen. Vaak wordt beweerd dat moederliefde heel anders is dan vaderliefde en zeker en vast zit daar een kern van waarheid in, maar ik geloof dat dat vermeende verschil meer een kwestie is van detailmatig hinein interpreteren van de werkelijkheid dan van de werkelijkheid zelf. De essentie is in beide gevallen hetzelfde.
Ken jij dat ook? Dat je in een bepaalde situatie bent en dan steeds diezelfde herinnering in je voelt opkomen? Dat muziek, geur of het weer je doen denken aan eerder beleefde avonturen?
Nou, ik heb dat met Sting. Steeds als die man op een of andere manier mijn pad kruist kan ik niet helpen aan jou te denken. En ik heb het met reizen. Op iedere reis heb ik wel een paar momenten dat mijn gedachten terugwaaien naar onze reis van bijna 20 jaar geleden. Kun je je voorstellen wat er gebeurt als ik op een van mijn reizen Sting tegenkom?
Zoals een week of twee geleden. Het was op een zaterdagmiddag. Ik was zojuist in Seattle aangekomen, Bert had me op het vliegveld opgehaald en met de bus, twee lijnen, waren we naar zijn appartement op Greenwood Avenue gegaan. Daar heb ik mijn rugzak afgedaan en toen zijn we naar de bibliotheek gegaan. Die is ook op Greenwood Avenue, een paar blokken lopen naar het noorden.
Bibliotheken in Amerika zijn prachtige gelegenheden om een verhaal te versturen. Als gast mag je een uur of soms zelfs 90 minuten gratis gebruik maken van de computer- en internetfaciliteiten. Net genoeg om een verhaal te tikken en naar een paar vaste lezers te sturen. En dus komt het goed uit dat er bij Bert in de buurt een bibliotheek is. En dat Bert zelf een meer dan geregelde bezoeker van die boekenuitleen is. Hij introduceert me bij de bibliothecaresse van dienst en laat me de procedure zien hoe gebruik te maken van de computers. Ik ga aan de slag, Bert gaat zijn ding doen, en we spreken af elkaar die avond rond zes uur weer te treffen in zijn appartement.
Twee uur later loop ik over Greenwood Avenue zuidwaarts, terug richting Bert’s huis. Het is nog lang geen zes uur, ik herinner me dat er bij Bert om de hoek een Starbucks is en het werken in de bibliotheek heeft me geïnspireerd een nieuw verhaal te schrijven.
Nu moet je weten dat Starbucks een soort rode draad op deze Amerika-reis is. Elke dag zoek ik een winkel van die coffeeshopketen op om een brief te schrijven, wat te lezen en een espresso te drinken.
Je snapt; ik loop die Starbucks bij Bert om de hoek binnen. Bij de balie bestel ik een espresso solo en ik trakteer mezelf op een iced lemon pound cake. Terwijl de barista mijn single shot espresso klaar maakt zie ik in het schap voor de kassa een CD van Sting. ‘If On A Winter’s Night…’ heet het. Ik bedwing mijn impuls en koop het niet, maar kan niet nalaten bij het lezen van de achterkant ver weg te dromen. Naar landen zonder winters, en tijden zonder espresso.
Ik heb maar een heel beperkt budget voor deze reis en dat budget is zelfs nog op krediet, crisis of geen crisis. En ook al is 12,95 dollar voor een juweel van Sting niet veel, het past niet in mijn budget. Nog niet. Het kleine beetje ruimte dat er in zit voor snuisterijen wil ik reserveren voor souvenirs voor Laure en Tom. Ik heb ze beloofd zo’n capuchonnen sweater uit Amerika mee te nemen. Laure wil een lichtgroene, Tom een lichtrode. Hm, blauw en grijs zijn makkelijk te vinden, rose, wit en felrood ook nog wel. Maar de gevraagde kleuren heb ik tot nu toe in Dayton en Detroit nog niet gevonden. Wel in New York, maar van die stad hebben ze allebei al een trui.
De dag erna, zondags dus, ben ik in downtown Seattle. Daar is de originele Starbucks winkel, anno 1971. En er is een souvenirwinkel met hooded sweaters in verschillende kleuren. Ik vind er twee, voor Laure en Tom. Wel niet helemaal de kleur waar ze om vroegen, maar allez, hopelijk zijn ze er toch blij mee.
Tegenover die sweaterstore, op de hoek van First Avenue en Pike Street, is ook een Starbucks. Een beetje voldaan van de nuttige aankoop, en passant ook nog tien ansichtkaarten van Seattle en Washington (staat), loop ik binnen, vind dat ik wel een espresso verdiend heb. Doppio dit keer, een double shot. Terwijl de barista een dubbele espresso bereidt, zie ik weer die CD. ‘If On A Winter’s Night…’ in het schap voor de kassa, gereed voor een impulsaankoop. En weer beheers ik me.
Weer een dag later, maandag dus, loop ik van die Starbucks in downtown naar het Starbucks hoofdkantoor. Twee mijl in zuidelijke richting. Starbucks Center heet dat hoofdkantoor, onderin is een coffeeshop en je raadt het al; ik drink er een espresso – de tweede die dag! – en schrijf en lees er wat. Bij de kassa, dat raad je vast ook wel, die CD van Sting. En weer heeft de marketingtechniek niet genoeg vat om me te verleiden.
Maar dan. Met de bus onderweg terug naar Greenwood Avenue, terug naar Bert’s huis, schiet me te binnen dat jij 1 december jarig bent. Nou doe ik al heel lang niet meer aan verjaardagen, behalve die van Laure en Tom, maar rigide consistentie is niet mijn sterkste eigenschap. Af en toe maak ik een uitzondering.
En zo filtert in mijn gedachten langzaam de idee om toch die Sting CD te kopen, als verjaardagscadeau. Helaas, in de Starbucks bij Bert om de hoek is die uitverkocht. Nou ja, dan ga ik morgen maar weer naar downtown. Was ik toch al van plan.
Dit keer geen espresso, drie is een teveel, maar een chai latte. Bij het raam vind ik een lekkere fauteuil om te lezen en de kaarten aan Laure en Tom te schrijven. “Ik hou van je en ik mis je. Liefs, papa.”
Liefde kent vele vormen, misschien wel meer dan wij mensen kunnen bevatten. Ouderliefde, of dat nu van vader of moeder komt, is er maar een van. Een wijze boeddhistische monnik, die ik ooit in de Nepalese Himalaya tegen kwam, vertelde me dat vriendschap ook een vorm van liefde is. En dat iedere vorm het waard is gevierd te worden, al is het maar eens per jaar. Misschien moest ik verjaardagen toch maar weer gaan vieren…
Liefs,
ton.
O ja, over dat missen heeft een wijze Inca sjamaan, die ik ooit tegen kwam in de Boliviaanse Andes, me ook wat zinnigs verteld. Of het nou het missen van de zondagse korfbalroutine is of het missen van je kinderen als je weken- of maandenlang op reis bent. Maar dat verhaal bewaar ik wel voor een andere keer.
3 brutale vragen:
1.
En, wanneer was voor u de laatste keer dat u bij de kassa een impulsaankoop deed? Ook zo lang over gedaan?
2.
Misschien is er wel iemand die u kent, en die u met dit verhaal een plezier doet. Als dat zo is, stuur of vertel het door.
3.
Misschien, heel misschien is dit liefdesverhaal u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het dan aan rekeningnummer 1689.67.456, t.n.v. Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het een euro waard vindt. Anders niet. Anders kunt u het beter bewaren om souvenirs voor uw geliefden te kopen.
Vriendelijke groet, ton.
Labels: luister en vertel tournee
0 Comments:
Een reactie posten
<< Home