Een oneerlijke yellow cab in Tilburg
Een oneerlijke yellow cab in Tilburg
Zondagmorgen 9 maart 2008. De nacht loopt al ten einde, maar de dag is nog niet helemaal doorgebroken. Over de verlaten snelweg rijdt een oude Chevrolet. Aan de gele kleur, de zwartwit geblokte band en het daklicht bovenop is te herkennen dat het een taxi is. Als je niet beter wist zou je denken dat de yellow cab op een van de highways rondom New York rijdt. Het is niet New York, zelfs niet Amerika. Het is Brabant en de gele Amerikaan rijdt over de A58 ter hoogte van de afrit Gilze-Rijen, op weg van Hazeldonk naar Berkel Enschot.
Hoe het zo gekomen was, wat hem bezielde, dat weet de chauffeur niet meer. Misschien was het de euforie van de zojuist voorbije nachtdienst in deze Amerikaanse taxi. Een week of twee daarvoor had hij zijn baas gevraagd of hij niet eens met die gele Amerikaan op zaterdagnacht mocht taxirijden. Leek hem een stoer idee. Dat mocht best een keer. Misschien was het wel de euforie van een stuk of tien plezante ritten en nog een stuk of wat eveneens prettige ritten, alleen minder memorabel dan die plezante en daardom alweer vergeten. Al met al was het weer een aangename zaterdagnacht geweest. Misschien was het wel het onverwachte telefoontje vroeg op de avond. Een telefoontje van een collega-verhalenverteller. Interessante dame, die hem van de Vertelschool verhaalde. Meteen afspraak gemaakt natuurlijk. Misschien was het wel het prettige vooruitzicht van een zondag met zijn kinderen. Een hele dag met die twee, dat belooft weer een liefdevolle tijd te worden. Misschien was het wel de afgelopen week. Een week met plezierige ervaringen, ontmoetingen en gebeurtenissen. Misschien is het wel de algehele staat van weltevree waarin hij verkeert. Hoe het zo precies kwam, het doet er niet toe, wie zal zeggen hoe het komt dat mensen doen wat zij doen? Feit is dat de taxichauffeur op het einde van zijn dienst tenminste twee niet zo verstandige zetten deed. Niet zo verstandig, en niet zo eerlijk.
Een jong stel bracht hij naar de Noordstraat zonder een ritprijs te vragen. Een gratis taxiritje dus. Waarom? Dat had Joris, de jongen van het stel, hem aan het eind ook al gevraagd. "Omdat ik in een dienst altijd 1 rit gratis rijd", had hij geantwoord. Joris nam met dat antwoord genoegen. "Wicked", had hij gezegd. Niet zo raar, dat Engels: wel vaker tijdens dat korte ritje had hij in die taal zijn verbazing geuit over de onverwachte meevaller.
Het stel was ingestapt op de Heuvel. "Bent u een gewone taxi?", vroeg het meisje nadat ze de passagiersdeur had opengemaakt. Niet zo raar, die vraag: de yellow cab is een ongebruikelijke verschijning in de Tilburgse taxi-scene. Wie weet stond hij alleen maar voor de sier op de taxistandplaats, als reclameobject. "Ja hoor, stap maar in. Waar willen jullie heen?" "Naar de Noordstraat". Ze houdt de deur voor de jongen open en stapt zelf achter in. Allebei zijn ze uitgelaten. Even is de chauffeur zijn kluts kwijt; de Noordstraat is toch drie keer de hoek om en dan ben je er? Waarom gaan die twee niet te voet? Binnendoor, door het centrum, is bijna net zo snel als met de auto over de binnenring. Nou ja, het doet er niet toe. Soms zijn de motieven van mensen om te doen wat ze doen ondoorgrondelijk.
"Is een van jullie jarig?", vraagt de chauffeur terwijl hij de gele Chevy de verlaten taxistandplaats afstuurt.
"Nee", antwoorden beiden tegelijkertijd. "Is het soms jouw verjaardag?", vraagt de jongen op de voorbank.
"Nee hoor"
"Vanwaar dan de vraag?", spreekt de jongen zijn eigen verbazing en die van zijn vriendin uit.
"Omdat ik een goede smoes zoek jullie een klein cadeau te geven"
"Hoezo?"
"Nou, deze rit is gratis. Ik breng jullie voor niets thuis."
Stiekum geniet hij van de stilte die zijn woorden teweeg brengen. De V8 brult zacht als hij over de Paleisring gas geeft. Voor het overige zijn alleen de gedachten van het verbouwereerde stel hoorbaar.
Als de stilte is afgelopen reikt hij zijn hand naar achteren. "O, mijn naam is ton" stelt hij zich voor. Ze schudt hem de hand en noemt haar naam. "Mandy". Het ritueel herhaalt zich op de voorbank. Joris heet hij. Nauwelijks voelbaar schakelt de automatische versnellingsbak van de Amerikaan op. Zacht deinend slalommen ze langs de omgewaaide bakens van de wegwerkzaamheden onder de Katterug door, van de Paleisring naar de Schouwburgring. Omgewaaid of omgegooid?
Op de Schouwburgring manifesteert zich Joris' scepsis. "Leuke avond gehad?", vraagt de chauffeur om de stilte niet terug te laten komen. "Ja hoor", klinkt van de achterbank, ver weg. Op de voorbank is bij Joris de economische waardeloosheid van deze rit nog niet helemaal geland. "Wicked", bromt hij meer in zichzelf dan voor iemand anders bedoeld. "Amazing but wicked". "Waar zijn jullie geweest?", de taxichauffeur negeert zijn aarzelingen, richt zich half naar achteren. Aan antwoorden komt het meisje niet toe. "Don't answer. Niet antwoorden", gebiedt haar vriend tweetalig. "Worden we soms opgenomen?" Hij speurt onderzoekend met zijn ogen de hemel van de taxi af. Geen camera of microfoon te zien natuurlijk. "Niet dat ik weet", probeert de cabbie hem gerust te stellen, "En als dat wel zo is, dan word ik zelf ook ongemerkt vastgelegd". Soepel glijdt de gele Amerikaan de hoek om van de Schouwburgring naar de Noordhoekring. Joris lijkt van zijn scepsis genezen. Ze vertellen waar ze die avond geweest zijn, en dat het echt leuk was.
In de Noordstraat moeten ze bij de antiekwinkel zijn, bijna aan het eind van de straat. Als het op betalen aankomt, of zoals in dit geval op niet-betalen, herwint Joris zijn achterdocht. "Hoeveel is het?"
"Niets, de rit is gratis"
"Waarom?"
"Omdat ik in een dienst altijd 1 rit gratis rijd"
"Wicked" en hoofdschuddend zoekt hij naar de portiergreep.
"Onderaan", wijst de chauffeur hem de weg.
"Wicked", zegt Joris nog maar een keer als hij buiten staat.
Kijk, slim is het niet om gratis en voor niets met een taxi mensen weg te brengen. Dat snapt de chauffeur zelf ook wel. Economisch gezien is het handiger om daar een ritprijs voor te vragen. Het tarief voor een rit van de Heuvel naar de Noordstraat is vast het starttarief van € 7,50, want niet meer dan twee kilometer. Eerlijk is het ook niet. Lekker gemakkelijk van hem goede sier te maken met een wagen die niet van hem zelf is en die hij niet heeft gehuurd of anderszins voor heeft betaald. Een beetje de stoere jongen uithangen en ruig doen met andermans spullen is niet zo'n kunst. Heeft zelfs iets oneerlijks. Deze overpeinzingen schieten hem pas later te binnen, ongeveer een uur nadat hij dat stel in de Noordstraat heeft afgezet, als hij onderweg is van Hazeldonk terug naar Berkel Enschot. Hij heeft zojuist die andere niet zo verstandige zet gedaan, een liftend stel naar het tankstation langs de A16 op de grens van Nederland en Belgie gebracht. Niet zo verstandig, en ook niet zo eerlijk.
Nadat hij Mandy en Joris had thuis gebracht was hij weer terug gereden naar de Heuvel. Die was inmiddels zo goed als uitgestorven. Alleen nog een paar taxi's. Het was ook al half zes. De kroegen zijn leeg, de mensen thuis. Tijd om te gaan. Hij wacht nog vijf minuten, je weet ooit nooit, en dan rijdt hij naar het BP-tankstation aan de Kempenbaan. Binnen in de shop struikelt hij bijna over een jongen en een meisje en hun bagage. Een beetje verscholen achter de schappen met speelgoed liggen en zitten die daar op de grond. Zo te zien te slapen.
"Hoe lang zijn zij al hier?", vraagt hij aan de kassabediende bij het afrekenen.
"Geen idee, een uur of zo, anderhalf misschien. Wilt u het bonnetje?"
"Ja. Weet u waar ze vandaan komen?"
"Nee. Apart of bij elkaar?"
"Apart graag. LPG is voor de baas, de sandwich moet ik zelf betalen. Weet u waar ze heen willen?"
"Nee, maar ze hebben een bordje met Breda erop. Pin of contant?"
"Contant. En liggen ze al die tijd al te slapen?"
"Ja"
De chauffeur betaalt beide bedragen en loopt de shop uit. Als hij halverwege de Chevy is spreekt de jongen hem van achter aan. Of hij Engels spreekt? "Yes". Of hij naar Breda gaat?, in gebrekkig Engels. Nee dus, naar Berkel Enschot. De chauffeur vraagt de jongen uit welk land ze komen. Frankrijk. In het Frans vraagt hij waar ze heen willen. Naar huis, naar Parijs. In een vlaag biedt de chauffeur aan ze naar Breda te brengen. Heeft daar eigenlijk ook meteen spijt van. Het is al kwart voor zes en hij realiseert zich te hebben afgesproken zijn kinderen om elf uur op te halen. Dat wordt wel heel kort slapen.
Ze heten Julien en Marianne. Hij is 24, zij 20. Ze zijn naar Duitsland geweest, de chauffeur verstaat Bremen en Hamburg, en zijn nu op weg terug naar huis. "Tout en autostop"?" "Oui, tout en autostop". Hij zegt Julien tussen Breda en Antwerpen een goede plek te weten om een lift in de richting van Parijs te krijgen. Ongeveer een half uur doen ze erover om Hazeldonk te bereiken. Door de combinatie van zijn matige Frans, beginnende doofheid en het windgeruis van de hoekige Chevrolet verstaat de chauffeur niet veel van zijn conversatie met Julien. Marianne slaapt op de achterbank, daar is geen gesprek mee mogelijk. Jammer, maar helaas. Het is maar goed dat hij om elf uur in Oisterwijk moet zijn en daarvoor als het even kan nog geslapen wil hebben; hij mocht eens in de verleiding komen die twee door te brengen naar Parijs!
Op de terugweg, rijdend over de A58, overvielen hem ter hoogte van de afrit Gilze-Rijen die gedachten over twee niet zo snuggere en evenmin eerlijke acties. Wat moet een taxibedrijf nou met zo'n chauffeur? Hij is te vermoeid om een helder antwoord te bedenken. Te vermoeid ook om een oplossing uit de economisch onwijze en oneerlijke situatie te verzinnen. Gelukkig niet vermoeid genoeg om nog alert te rijden, al is het op routine. Ook niet te vermoeid om te bedenken dat het in ieder geval wijs en eerlijk is opnieuw af te tanken en dat voor eigen rekening te doen. Ook is hij nog fit genoeg te snappen dat de onbezonnen lift naar Hazeldonk natuurlijk eigen tijd is. Dus vult hij, als hij om 7 uur eindelijk de Chevrolet op de thuisbasis parkeert, op de rittenstaat 5.45 uur in als einde diensttijd. Voor die weggegeven rit Noordstraat bedenkt hij later nog wel iets.
3 brutale vragen:
1.
Gun u zelf een paar extra minuten en lees nog eens wat losse flarden uit dit verhaal. Zomaar willekeurig wat flarden. En gun u zelf een paar seconden het relaas van de taxichauffeur nog eens te overdenken. Wat is eerlijk eigenlijk? Is het wel verstandig eerlijk te zijn? Is het wel eerlijk verstandig te zijn? Hoe economisch is dat, eerlijkheid?
2.
Misschien vindt u de nachtelijke avonturen van een taxichauffeur wel de moeite waard met anderen te delen. Als dat zo is, stuur of vertel het door. Kost niets, hoor; er rust geen copyright op dit verhaal. Het is gratis.
3.
Misschien, heel misschien is dit verhaal u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan wie of wat u het maar waard vindt. Misschien wel een taxichauffeur die u een keer naar huis brengt, maar verwacht dan niet dat het voor niets zal zijn. Als dit verhaal u een euro waard is, geef hem maar een extra fooi.
Groet, ton.