De Luister-en-Vertel-Tournee

18.11.07

Een vredige voorstelling in La Paz

Zondag 18 november 2007
dag 18 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia
La Paz

Vandaag is het zondag. Vandaag was John Verkenner van plan de Choro-trek te lopen. Weer van plan. Een Inca-trail niet ver van La Paz. Niet echt spectaculair, het is een veelbewandeld stukje wandelsnelweg uit vervlogen tijden. Maar toen hij vanmorgen wakker werd en op stond is hij van gedachen veranderd. Weer van gedachten veranderd.

Vandaag is het zondag. In een stad als La Paz is de zondag vast anders dan de andere dagen van de week. En in de bergen is de zondag vast gelijk aan de andere dagen. Alleen voor mensen zijn niet alle weekdagen hetzelfde. Alleen voor mensen is de zondag een bijzondere dag. Nou ja, wel voor veel, maar niet voor alle mensen. Voor heel veel andere mensen is de vrijdag de zondag. En voor weer andere mensen is het de zaterdag. Of zijn dat niet echt andere mensen? Alleen maar dezelfde mensen met een ander weekritme? Laat hij deze zondag eens in deze stad blijven en morgen de bergen ingaan. Laat hij eens kijken hoe in deze stad, die voluit La Ciudad de Nuestra Senora de La Paz heet, de Stad van Onze Vrouwe van de Vrede, de zondag wordt beleefd.

Op de klok die bij de voetgangersbrug over Avenido Ismael Montes staat ziet hij dat het net half acht is geweest. De anders zo drukke avenue is bijna verlaten. Er rijden wel wat microbusjes, en hij ziet ook een paar straatstalletjes geopend, maar lang niet de drukte van een doordeweekse dag. Echt warm is het niet in La Paz. De meeste mensen hebben een jas aan. Nu hij erop let, allemaal eigenlijk. Sommige mensen zijn zelfs dik aangekleed. Terwijl het in de zon ook in zijn simpel zwarte t-shirt best aangenaam is.

Hij doolt een beetje door deze stad in de bergen. Loopt via Calle Commercio naar Plaza Pedro de Murillo, waar het presidentieel paleis is. Hij bewondert het standbeeld in het midden van het plein, maar vergeet direct wie of wat het voorstelt. Neemt wel de inscripties in zich op die hij op drie van de vier zijden van het voetstuk leest. Gloria, Union, Paz. Eer, Eenheid, Vrede.

Hij wimpelt een vroege schoenpoetser af. Vreemd hoor, die schoenpoetsers hier. Ze dragen bijna allemaal een bivakmuts. Vorige week zondag, toen hij `s middags met de bus uit Santa Cruz in deze stad was aangekomen en `s avonds eindelijk de hardnekkige modder van zijn Bommels had laten verwijderen die eraan waren gekoekt toen de bus van Quijarro naar Sante Cruz op de kleiweg was vastgelopen en alle passagiers de bus uit moesten, vorige week zondag dus vertelde een van de schoenpoetsertjes hem vanwaar die bivakmutsen. "Discriminado". En ergens in de Bolivia-editie van de Lonely Planet herinnerde Verkenner zich gelezen te hebben dat die bivakmutsen gedragen worden om stigmatisering te voorkomen. Om, als ze niet aan het schoenpoetsen zijn, niet als schoenpoetser te worden herkend. Verkenner gelooft het niet, maar kan niet een andere reden voor de bivakmutsen bedenken. Bizar vindt hij het wel.

Deze poetser op dit plein draagt ook zo`n muts over het bovenste deel van zijn gezicht. Aan zijn blote mond en kin is te zien dat het al een wat oudere man moet zijn. Hij is erg aanhoudend, maar na wel 20 "no gracias" van Verkenner en iets vaags in het Spaans wat door moet gaan voor "mijn schoenen zijn schoon genoeg voor zondag" houdt de man het voor gezien.

Verkenner loopt via Calle Colon naar beneden. Naar waar hij weet dat El Prado is, met zijn favoriete cafe, La Terraza. Op de hoek met Calle Potosi is een klein pleintje met stenen bankjes. In de zon zit een vrouw op een van die bankjes. Naast het plein is een mooi gebouw met een grote dubbele houten deur. Een van die deuren staat wagenwijd open. Een meter of vijf ervoor staat een jongeman in een vaalwit lang gewaad. In zijn hand heeft hij een stapel papieren.

Verkenner loopt recht op de jongeman af. Op twee meter glimlacht hij hem toe. Die glimlacht terug.
"Que hora es service?"
"Ocho"
"Es en diez minutas?"
"Si"
"Puedo entrar aqui?"
"Si. Claro", en hij geeft de vreemdeling met de hoed een blaadje mee.

`Dia del Senor` leest hij, en `Servir al reino trae problemas`. Dat eerste begrijpt hij, het tweede niet. Hij vouwt het blaadje scherp in tweeen en steekt het in zijn rode rugzak. Straks in Terazza eens doorlezen. Hij loopt het mooie gebouw binnen, doet zijn hoed af en gaat in een van de bankjes zitten. Hoed legt hij naast zich. Hij is de enige niet. Er zitten zo´n 50 mensen. Meest vrouwen, meest een beetje op leeftijd.

Van ergens, Verkenner kan niet goed ontdekken van waar, klinkt gezang. Vrouwengezang. Het lijkt van sommige van de aanwezige vrouwen te komen, maar daarvoor klinkt het te luid. Spaans gemurmel. Het enige dat hij er met zekerheid van kan verstaan is `santa maria`. Nog meer mensen komen het gebouw binnen, ziet Verkenner terwijl hij de ruimte bewondert. Een enorm hoog plafond, gedragen door verschillende muren en pilaren. Rijkelijk gevuld met beelden van verschillende mensen. Aan de eerbied die van die afbeelden uitstraalt is te zien dat die mensen bijzonder verdienstelijk zijn geweest. Of in ieder geval voor bijzonder verdienstelijk worden gehouden.

De voorstelling begint. Een man, gekleed in net zo`n gewaad als de jongeman buiten op het plein maar dan met een appeltjesgroene cape eroverheen, leidt de voorstelling. Het is niet een eenzijdige performance; geregeld wordt er vanuit het publiek meegezongen aan de hand van het uitgedeelde blaadje. Enkele malen zelfs draagt een toeschouwer vanuit het publiek een stukje voor. Wat je noemt een interactieve voorstelling. Kennelijk is het voorbereid. Hoe anders weten die toeschouwers wanneer en wat ze zeggen moeten?

Alles gaat in het Spaans. Volgen kan Verkenner het niet. En toch begrijpt hij het. Pikt woorden op die hij herkent en kan thuisbrengen. Senor, domingo, salvador, cheesoes, spiritu sanctu.

De man met de groene cape begeeft zich tussen het publiek. Gewapend met een microfoon spreekt hij als ware hij een politicus het gehoor toe. Opnieuw verstaat Verkenner te weinig om de toespraak te kunnen volgen. Opnieuw begrijpt hij toch wel wat de man bedoelt. Woorden als communidad, socialista, senor, paz, luz en felice zeggen hem genoeg.

Gaandeweg de voorstelling had hij zijn schoenen uitgedaan en was gekruisbeend op de bank gaan zitten. Kan niet zeggen waarom, voelde gewoon zo aan. De voorstelling heeft wel iets spiritueels en vanmorgen was hij te onrustig geweest voor zijn dagelijkse meditatie. Dit voelt als een goede plek en een goed moment om dat gebrek aan discipline goed te maken.

Na de toespraak wordt de voorstelling weer intercommunicatief. Geregeld gaat het publiek van de banken omhoog om mee te zingen. Meezingen laat Verkenner wel uit zijn hoofd. Sinds de eerste les van meester Van de Winkel op de middelbare school kent hij zijn beperkingen op dat gebied.

"Iedereen zingen" had de meester de brugklassers verordonneerd, het eerste uur muziekles na de grote vakantie en dus ook de eerste kennismaking met meester Van de Winkel. Meester Van de Winkel luistert aandachtig naar de 30+ leerlingen. "Stop maar. Alleen de raamkant zingen". Hij loopt door de raamhelft van de klas en stopt bij zijn bankje. "Stop maar. Alleen jullie twee zingen". John en de jongen naast hem zingen. "Stop maar. Jij alleen". John soleert. "Stop maar. Je krijgt van mij een 6 op al je rapporten, en je hoeft nooit meer mee te zingen".

Maar meestaan doet hij wel. Uit pieteit en om niet uit de toon te vallen. De marmeren vloer voelt eerst koud aan, hij prijst zich gelukkig met de dure sokken van smartwool die hij een paar weken in Memphis heeft gekocht, maar verandert later van gevoelstemperatuur.

Wat er allemaal precies gebeurt kan hij niet zien. Zijn bril heeft hij op de brede rand van zijn hoed naast hem op de bank gelegd. Zonder optische hulpmiddelen ziet hij niet veel meer dan vage contouren en kleurvlekken. Dat helpt hem dan weer te focussen op wat hij hoort zeggen en zingen. Maar niet kippig genoeg om niet te zien hoe het publiek vanuit de banken in rijen van twee naar voren lopen, naar het podium toe.

Hij sluit mee aan. Inmiddels blootvoets. Het marmer is genoeg opgewarmd geen sokken meer nodig te hebben. Als hij aan de beurt is ontvangt hij net als de anderen zijn snoeppapier. Hij wist wel wat er gebeuren ging, maar was toch een beetje verrast. Hij is gewend het papiertje in zijn linkerhand gelegd te krijgen en dan met zijn rechterhand zelf in zijn mond te doen. Maar hier wordt het op zijn tong gelegd. Bizar!

Terug in de banken wordt de voorstelling voortgezet. Het eindigt met een massal elkaar de beide handen geven en `paz` toewensen. Verkenner weet best wel hoe dat woord op zijn Spaans uit te spreken, maar kan niet laten het in zijn eigen taal te doen.

De finale breekt aan. Wederom lopen alle toeschouwers naar het podium. Daar ontvangt ieder van de gecapede voorman wat water over zijn handen gesprenkeld. Daarna verlaat het publiek door de grote houten deur het gebouw weer. Zo ook Verkenner.

Hij loopt over het pleintje naar Calle Colon. Ziet een klein straathondje het plein oplopen. Hinkend met zijn ene achterpoot. Fluit ernaar. Waarom?, weet hij niet. Het hondje stopt, kijkt hem vragend aan, hinkt dan weer verder. Zou het voor hem ook een bijzondere dag zijn?


3 brutale vragen:

1.
Vandaag geen vraag. Vandaag een rustdag. Of toch: welke vraag zou u bedenken? Om zelf te beantwoorden, bedoel ik.

2.
Misschien vindt u de voorstelling wel de moeite waard door te vertellen. Wat let u?

3.
Misschien, heel misschien is het toevallige theaterbezoek op de vroege zondagmorgen u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan wie of wat u het maar waard vindt. Mag zo´n theater zijn, hoor. Die zijn er in Nederland vast ook wel. Als het de Luister-en-Vertel-Tournee van Verkenner is, rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het uw euro waard vindt. Anders niet.


Vriendelijke groet, ton

14.11.07

Politiek in La Paz

Maandag 12 november 2007
dag 14 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia
Cafe La Terraza, La Paz

Carlos Zamora heet de man. "I´m also a politician. Nobody is perfect". Lacht erbij.

´El Diario del Che en Bolivia´ heet het boekje dat Verkenner vanmorgen bij een kiosk op El Prado kocht, Het Dagboek van Che in Bolivia. El Prado is het langgerekte centrale plein van La Paz. Eigenlijk is het meer de hoofdstraat van deze stad. Zoiets als de Lind in Oisterwijk, maar dan anders. Verkenner koopt het zelfgeschreven relaas van de laatste dagen van Che Guevara in een opwelling, maar ook niet helemaal. Je zou het een doordachte impulsaankoop kunnen noemen. Mooi contrast.

Carlos ontmoet Verkenner in Cafe La Terraza, halverwege El Prado. Mooi etablissement. Houten vloer. Houten tafels, de meeste rond, sommige vierkant. De ronde met een diameter van ongeveer 1 meter, de vierkante 1 bij 1. Dikke tafelbladen, gevuld met koffiebonen, afgedekt met glazen deksels. Houten stoelen met gestoffeerde zittingen. Hoog plafond, net als de muren een gelig beige. De hoeken en de raam- en deurstijlen oranjig beige. Mooie combinatie. Alles oogt even verzorgd. Aan de muren hangen boven de 20 cm brede donkerbruine lambrizering posters en ingelijste foto´s. Artistiekerige afbeeldingen met een koffietintje. Later vandaag zal Verkenner merken dat dit cafe een favoriete hangout is voor de betergestelde inwoners van La Paz. Betergesteld aan de kleding te oordelen. Mannen in pak, vrouwen op hak.

Het contact met Carlos is zo gemaakt. "Buenos dia" is genoeg. "Where are you from?", vraagt hij in goed Engels terug. "Europa", op zijn Spaans uitgesproken. "Europa is very big. May I know wich country?" "Claro. Olanda, Payos Bajos", nog steeds in iets wat op Spaans lijkt.

Frappant eigenlijk, Hollander voelt Verkenner zich zelden. Nooit eigenlijk. Nederlander, zeker. Maar Hollander, nee. Eerder Europeaan. Niet uit schaamte voor Holland, daar heeft hij geen last van. Hoeft ook niet, heeft hij gemerkt; zelden ontmoet hij negatieve reacties als hij zijn nationaliteit noemt. Of het nu Hollander of Nederlander is. Geeft te denken, dit soort identiteitsvraagstukken.

"Are you tourist?"
"Sorta, yes. And in a way not". Overgeschakeld op Engels.

Frappant eigenlijk. Natuurlijk is hij een tourist, die bezig is met een tournee. Het heeft weinig zin daarom heen te praten. Alleen voelt hij zich niet zo thuis bij dat label. Voelt zich niet aangesproken met dat etiket. Hij vertelt Carlos dat hij ook schrijver is. Beetje pretentieus, dat wel. Dat hij bijna iedere dag een verhaal schrijft en via het wereldwijde web in bescheiden oplage publiceert. Dat is de enige prestatie die hem als schrijver kwalificeert.

"I´m a geologist. Nobody is perfect", vertelt Carlos hem zijn eigen beroep. Of Verkenner weet wat een geologist is?, vraagt hij in dezelfde quasi-grappige toon. Ja, hij weet wel wat een geoloog is. Carlos grapt dat hij voornamelijk in de prehistorie leeft: "I live in Jurassic Park". "Well, that makes you a living dinosaur then", grapt Verkenner terug. Carlos kan er om lachen. De teneur is gezet. De teneur voor een goed gesprek.

"I´m also a politician. Nobody is perfect", lacht Carlos om zijn vrijetijdsbesteding. Verkenner pakt het boek dat hij aan het lezen is van de tafel en toont Carlos de voorkant. Een portret van Abraham Lincoln. Een week of drie geleden heeft hij op het vliegveld van Washington de politieke biografie van Lincoln gekocht gekocht. Nu eens niet een verhaal over de bescheiden afkomst van Honest Abe, of over de persoonlijke tragedies die die man in zijn leven heeft gekend. Een politieke analyse van de opkomst en ondergang van wat de meeste Amerikanen als een van hun grootste presidenten beschouwen.

Hij is bij de uitbraak van de Amerikaanse Burgeroorlog aanbeland. In 1861, een paar maanden nadat Lincoln de verkiezingen had gewonnen en iets meer dan een maand nadat hij als president was ingezworen. Die bloedige episode uit de moderne Amerikaanse geschiedenis had ook iets met identiteit te maken. Met je zuidelijk of noordelijk voelen. Met wel of niet moreel tegen de slavernij zijn. Al gelooft Verkenner dat het ook een strijd om macht en geld was.

Lincoln zag het anders, als hij tenminste de schrijver tot nu toe goed heeft begrepen. Die zag slavernij als een moreel kwaad, en de discussie erover als een right or wrong kwestie, waarin geen compromissen mogelijk zijn. Je bent voor of tegen slavernij. Ben je voor, dan zat je fout, ben je tegen, dan zat je goed. Geen nuances mogelijk, lekker simpel. De afscheiding van de zuidelijke staten, indirect een gevolg van zijn verkiezing tot president, was voor hem een interne kwestie van rebellie tegen het legitieme, want democratische gezag.

"Do you know him? He was a politician too", zegt Verkenner tegen Carlos, "so being involved in politics is not such a bad habit. Besides, we all are politicians. Wether we like it or not", kan hij niet laten een boude stelling in het gesprek te gooien.

Carlos kent Lincoln wel. Niet persoonlijk natuurlijk. Hij kent wel een aantal hedendaagse politici persoonlijk. "I´m a congressman". Hij blijkt minister van mining affairs te zijn geweest. Verkenner vraagt hem wat hij van de hedendaagse politiek vindt. "Bolivia, Zuid-Amerika of de wereldpolitiek?", wedervraagt hij. "Anything". "It´s terrible". "What´s so terrible?". " United States is dictating other people what to do. Now, is that democracy?". Carlos noemt voorbeelden van de in zijn ogen imperialistische Amerikaanse politiek in Zuid-Amerika. Niet alleen in zijn eigen land.

Carlos heeft het over ambities. Persoonlijke ambities, nationale ambities. "Una momenta", Verkenner pakt zijn portefeuille en geeft Carlos zijn lijst van levensdoelen. Het A4-tje is allang niet meer in goede staat. Op de vouwen is het papier gescheurd. Bij de twee lijstjes, links Nederlands rechts Engels, staan bijna onleesbare aantekeningen gekrabbeld. Concrete uitwerkingen van abstracte doelen. Carlos moet er zijn bril voor opzetten.

"Wat betekent dit?" vraagt hij en wijst naar de bovenste regel. To make the World a Little Bit More Beautiful, onderstreept en in vette letters. "Zo heet mijn leven. Ieder leven heeft een titel, en dat is de titel van het mijne. De naam die ik zelf aan dit leven heb gegeven."

Carlos loopt met zijn vinger door het lijstje aan de rechterkant. Verkenner laat de man in stilte begaan. Bestudeert hem intussen. Algehele indruk?: had een aristocraat kunnen zijn. Een telg uit een lang Spaans-koloniaal geslacht. Een nazaat van Pizarro of Cortez. Verkenner vergeet steeds weer wie van de twee ook al weer de Maya´s had geconquistadoord en wie de Inca´s. De een de een, de ander de ander, of omgekeerd? In ieder geval lang geleden, van voor het digitale tijdperk. Gedistingeerd grijs haar, vol voor een 66-jarige. Goed gecoiffeerd en toch een beetje woest. Grijs geruit jasje, tweeknoops. Wol/katoen zo te zien, niet gekreukt. Lichtblauw overhemd eronder. Als Carlos beweegt is aan de verticale vouwen te zien dat het vanmorgen uit het cellofaan is gekomen. Zalmroze stropdas, unicolor. Dokerblauwe pantalon. Tenminste, Verkenner denkt dat het blauw moet zijn; het licht dat door het grote raam waar de twee zitten naar binnen valt geeft de broek een vreemde paarse gloed mee. Maar dat is te anders voor de indruk die Carlos geeft. Zwarte schoenen, leer natuurlijk. Veterschoenen, Verkenner telt twee rijen van drie gaatjes. Gewaxede veters, ziet hij aan het glimmen in het zonlicht.

Hoe schril steekt Verkenner daar zelf tegen af. Om te beginnen heeft hij zich sinds zaterdag al niet geschoren. Voor gistermorgen heeft hij een goed excuus: hij zat in de bus van Santa Cruz naar La Paz. Vanmorgen, in Alojamiento Sydney, was hij gewoon te lui. Nou ja, om het een positieve draai te geven: ook te ongeduldig om zijn nieuwsgierigheid naar deze nieuwe stad nog langer in te tomen en te vol met ideeen voor brieven en verhalen. Bang dat als hij nog langer wacht die ideeen vervliegen. Rare en domme angst natuurlijk: de meeste ideeen vervliegen onvermijdelijk nog voor ze het stadium van verwezenlijking bereiken. ook als hij zich niet scheert.

Hij wrijft over zijn stopelige kin. Hm, niet bepaald representatief om een Boliviaanse volksvertegenwoordiger te ontmoeten. En als dat nou het enige was! Verkenner draagt een simpel t-shirt. Donkergrijs. Voor $ 2,00 in New York gekocht nadat hij zijn rugzak met al zijn kleren was kwijt geraakt. Een Fruit of the Loom shirt waar hij er meteen vijf van heeft gekocht. Een beige Dockersbroek, dezelfde die hij destijds in New York aan had op het moment dat zijn rugzak door iemand anders werd meegenoemen en daardoor de enige broek die hij overhield. Op zich is zo´n bandplooibroek als het om representativiteit gaat beter dan een van de twee Levi´s 501 spijkerbroeken die hij daarna kocht, ware het niet dat dit exemplaar nu toch echt ge- en versleten is. Er is een gat op een kale plek op kniehoogte van de linkerpijp, en aan de onderkant zijn beide gerafeld. Het is maar goed dat hij gisteravond zijn Van Bommels heeft laten schoonmaken, anders was het nog erger geweest. Verkenner hoopt maar dat Carlos meer oog en oor voor de inhoud heeft dan voor zijn voorkomen.

Kennelijk is dat het geval. Carlos steekt zijn hand naar verkenner uit. "Ich gratuliere dich", zegt hij erbij met een brede glimlach en een twinkeling in zijn ogen. Verkenner wist al dat Carlos prima Duits en Russisch spreekt. Hij schudt hem de hand, "Danke, I take it as a compliment". "It is. Youre doing it right now", en hij laat Verkenner de doelen 1 en 2 zien. Die hoeft ze niet te lezen te weten wat er staat. De eerste drie van de 27 kan hij dromen. Onuitgesproken begrijpen ze elkaar.

Hardop leest Carlos verder. "I like this one. Politics and government. That´s my field." Of het door de vertrouwdheid van het gesprek is, de amicaliteit die tussen de twee is gegroeid, of de prettige ontspannen ambiance van La Terraza, hij weet het niet. Misschien is het wel gewoon een combinatie van zijn profileringsdrang en impulsiviteit die hem ertoe brengt Carlos zijn eigen politieke ambitie toe te vertrouwen. President van Europa worden.

Het ontgaat de Boliviaan. Of is het de politieke intuitie, die de man zich inmiddels ongetwijfeld heeft eigen gemaakt? Hij leest de lijst van de Nederlander verder. "Wat is dit? Volvo Amazon?"
"O, dat is een oude auto. Toen was Volvo nog echt Zweeds"
"Ik heb een Volvo uit 1965. Een classico. Erg gewild bij verzamelaars." Carlos vertelt dat hij vroeger graag auto reed, maar er al een paar jaar niet meer aan toe komt. Ook niet zoveel zin meer in heeft.

Carlos´ telefoon gaat. Een bescheiden ringtone. "Esculpa", verontschuldigt hij zich, neemt op en loopt naar de ruimte ernaast. In de tussentijd leest Verkenner verder. Eerst een paar dagen in het dagboek van de Argentijnse dokter-revolutionair, dat hij zojuist gekocht heeft. De weloverwogen impulsaankoop.

Op weg naar Bolivia had hij zich voorgenomen een boek van of over deze legende te kopen. Liefst in het Spaans; altijd goed om een schrijver in zijn eigen taal te lezen. Dus toen hij het voor het raampje van het pietepeuterige kioskje zag liggen en de man erbinnen zag ploeteren om wat kranten en tijdschriften te verkopen, wist hij het; deze man gaat hij een goed begin van de dag bezorgen.

"Quando questa ese libero?" - wat kost dat boek daar?
"Ese libero de Che Guevara?" - dat boek van Che Guevara?
"Si" - ja.
"Diez Bolivianos" - tien bolivianos.
"Puedo pagar veinte bolivianos?" - is het goed als ik twintig bolivianos betaal?
"Si. Pero por que?" - ja, maar waarom?
"Porque me gusta" - omdat ik daar zin in heb.

En nu leest hij een paar dagen uit Che´s dagboek, de laatste dagen voor hij gevangen werd genomen door CIA-agenten en Boliviaanse militairen. Begrijpt niet veel van het Spaans, kan geen touw vastknopen aan wat de oud-strijdmakker van Fidel Castro voor filosofie te melden heeft. Geeft niets, komt nog wel; elke dag een klein stukje lezen, dan komt het vroeg of laat vast wel goed. Daarna leest Verkenner verder in het boek over Lincoln. ´A Life of Purpose and Power´is de ondertitel.

Als de statige parlementarier weer binnenloopt verontschuldigt hij zich nogmaals. Hij moet gaan, tijd om aan het werk te gaan. De twee verafscheiden elkaar. Met lichte spijt ziet Verkenner hem buiten de vijf treden voor de ingang van La Terraza aflopen. Kans gemist!

Hij had nog veel meer met hem willen bespreken. Carlos had hem vast wel iets van de Boliviaanse politieke verhoudingen kunnen vertellen. Het was Verkenner gistermiddag bij het binnenrijden van La Paz opgevallen dat er zoveel slogans op de muren waren gegraffiteerd. De meeste met de naam van Evo Morales, de huidige indianen-president van Bolivia met een op zijn minst controversieel te noemen programma, of diens partij MAS. Maar ook was hij geregeld het woord ´seccession´ tegengekomen, afscheiding. Graag had hij Carlos wat uitleg gevraagd. Of misschien is de man wel teveel politicus om zomaar, op een willekeurige maandagmorgen met een vreemdeling zulke delicate kwesties te bespreken? Is hij te gepokt en gemazeld in de politiek om meteen het achterste van zijn tong te laten zien? Is hij teveel politicus om over politiek te praten.


3 brutale vragen:

1.
In de Europese partijpolitiek is het uitspreken van je persoonlijke ambitie een probate methode om dat dan niet te bereiken. Voorbeelden te over. In de Amerikaanse, ook al door partijlijnen gedomineerde politiek is het precies omgekeerd. Daar geldt het als noodzakelijk te zeggen wat je wilt. Als het maar op het juiste moment is. Maar ja, wat is het juiste moment? Alleen achteraf valt daar met zekerheid iets over te zeggen. Lincoln koos precies het juiste moment.

2.
Misschien vindt u dit verhaal wel interessant genoeg met iemand anders te delen. Hoeft niet een politcus te zijn, hoor. Al kan dat volgens Verkenner niet anders: we zijn allemaal politici. Hoe dan ook, als u zo iemand weet, stuur of vertel het door.

3.
Misschien, heel misschien is de toevallige ontmoeting van Verkenner met een door de wol geverfde Boliviaanse politicus u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het uw euro waard vindt. Anders niet.


Vriendelijke groet, ton

13.11.07

Slapen van Memphis naar Bolivia

Zondag 4 november 2007,
dag 4 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia
Quijarro

Afgelopen nacht heeft Verkenner voor het eerst in bijna een week echt goed geslapen. Echt goed wil zeggen languit horizontaal en net zo lang tot hij vanzelf wakker werd. Echt goed in tijd en ruimte geslapen. Gelukkig heeft hij meestal niet veel slaap nodig en kan hij nog steeds toe met korte slaapjes tussendoor. Het moet alleen niet al teveel nachten achter elkaar duren. Af en toe ruim de tijd hebben om uit te slapen, in combinatie met een gewoon bed, of in ieder geval een matras, is niet onwelkom. En afgelopen nacht was dat weer eens het geval. Voor het eerst in bijna een week.

Vorige week zondagnacht sliep hij comfortabel in het Pilgrim House in Memphis. Twee fantastische conferentiedagen en een leisurely sunday achter de rug met veel boeiende, interessante en inspirerende ontmoetingen. Hij kreeg weer eens bevestigd hoe mooi dit leven is.

Maandagmiddag liep hij van de First Congregational Church naar het vliegveld. Twee uur deed hij erover, vijf over zes arriveert hij. Memphis is niet zo´n druk vliegveld. Behalve dan als het om luchtvracht gaat. Dan is het volgens de statistieken die op verschillende plekken aan de muur hangen het drukste vliegveld ter wereld. Komt vast doordat Fedex in deze stad gevestigd is. Drie kleine terminals voor passagiers, kort bij elkaar. American Airlines is gevestigd in terminal A. De avond brengt hij er door op een bankje in de vertrekhal. Rond een uur of elf, als het vliegveld op wat schoonmakers na bijna leeg is, probeert hij op het bankje wat te slapen. Gaat redelijk, maar houdt niet over. De automatische deuren laten iedere keer als mensen in- of uitlopen een koude windvlaag binnen. Het is herfst in Memphis en dan zijn de nachten fris, hoe lekker warm het overdag ook geweest is. Die kilte, en de armleuningen op het bankje, waardoor hij niet lekker lang voluit kan gaan liggen, belemmeren een volmaakte nachtrust. Als hij wakker wordt is het vijf uur. Het wordt al drukker, en het is een mooie tijd om in te checken voor de vlucht naar Chicago van 9.40 uur.

O´Hare, het vliegveld van the windy city is heel wat groter en drukker. Het schijnt de meeste passagiers van alle vliegvelden ter wereld te verwerken. Nadat hij de gate heeft gevonden vanwaar later in de middag American Airlines naar Brussel vertrekt gaat hij op zoek naar kaarten van Abraham Lincoln. Die wil hij vandaag nog naar Laure en Tom sturen.

De dagelijkse kaarten naar zijn kinderen zijn meestal kleurrijke ansichts van stad, staat of land waar hij is. Empire State Building of Rockefeller Plaza toen hij in New York was, India Gate of Qatb Minar uit Delhi, of, zoals de afgelopen dagen, kaarten met Elvis, B.B. King of Martin Luther King. Driekoningen vanuit Memphis, ook al is het niet 6 januari. Soms gaat hij op zoek naar historische kaarten. Samen met de verhalen, die hij erop schrijft, hoopt hij Laure en Tom zo een beetje historisch besef bij te brengen.

Zes dagen daarvoor, op de heenweg van Brussel naar Memphis met een tussenstop op hetzelfde vliegveld, had hij een kiosk gezien met kaarten van de beroemde bebaarde president. ´Onthouden´, dacht hij nog, ´komt misschien nog van pas op de terugweg´. Helaas, niet onthouden in welke van de twaalf terminals. Hij doolt een paar uur over dit immense vliegveld. Vergeefs, koopt uiteindelijk maar ´gewone´ansichtkaarten van Chicago en geeft zijn laatste 20 dollar uit aan Illinois-souvenirs voor Laure en Tom. Doet de kaarten op de bus, O´Hare heeft een eigen postkantoor en een behoorlijk aantal brievenbussen.

De nacht van dinsdag op woensdag brengt hij door in de lucht. In een Boeing van American Airlines boven de Atlantische Oceaan. Kan ook boven de Noordpool zijn, is in het donker niet te zien. Hij kan redelijk goed de slaap vatten, maar een vliegtuigstoel is niet hetzelfe als een bed of een matras. De wakkere tijd gebruikt hij om de afspraak van woensdagavond in Enschede voor te bereiden.

Woensdag overdag geen tijd om te dutten. Auto opgehaald uit parkeergarage bij vliegveld Brussel, naar Oisterwijk voor een aantal praktische zaken, naar zijn kantoor in Den Bosch, naar Waalre voor afspraak met de penningmeester van de Stichting, naar Scandcar in Moergestel, naar camping in Oisterwijk om een plaats te regelen voor na terugkomst uit Bolivia/Brazilie, en dan naar Laure en Tom. De een treft hij thuis, de ander op het hockeyveld. Te laat vertrekt hij naar Enschede.

Zoals meestal als je te laat vertrekt komt hij te laat aan. De bijeenkomst gaat goed. Hij merkt niets van zijn vermoeidheid. Goede sfeer. Vervolgafspraak gemaakt voor 4 december, als hij terug is uit Zuid-Amerika. Kwart over elf rijdt hij weg uit Twente.

Half een parkeert hij zijn Volvo in ´s Gravenmoer, zes uur gaat de wekker weer. Veel slaap heeft hij niet gehad. Toch voelt hij zich fit en uitgerust als hij door Brabantse bossen naar Oisterwijk rijdt. Pakt daar de trein naar Brussel.

Onderweg geen tijd om even weg te doezelen. Hij is in tweestrijd: gaan of niet gaan? Uiteindelijk wordt het gaan, anders was hij nu niet hier in Quijarro. Telefoontjes naar en van Herman, Ferry, Rob, Hub en Arent helpen hem vooruit. Naar Bolivia.

Hij vliegt van Brussel naar Milaan, en slaapt op het vliegveld daar, Malpensa, een korte slaap op een comfortabele stoel. Als hij wakker wordt, is hij John Verkenner geworden. Korte slaap heeft hem een ingeving gegeven. Waar slapen al niet goed voor is. Donderdagnacht weer in een Boeing boven de Atlantische Oceaan, dit keer van Alitalia, en dit keer kan het niet missen dat het de Atlantische Oceaan is. Hij zou niet weten hoe anders van Milaan naar Sao Paolo te vliegen. De klimaatbeheersing voorkomt een goede slaap. Dzjiezus, wat staat dat ding koud! daar helpt een Alitalia-dekentje niet veel tegen.

Vrijdag overdag in Sao Paolo. Met bus en metro naar Busterminal Barra Funda. Vandaar vertrekt om half vier een bus naar Corumba. ´s Anderendaags 10 uur komt hij daar aan. Vrijdagnacht rijdend door Brazilie doorgebracht in een Marcopolo bus. Best gerieflijke stoel, maar weer haalt de airco hem uit dromenland terug naar het hier en nu. Dit keer een combinatie van kilte en lawaai, steeds als de airco aangaat. Niet dat het nou zo´n hete nacht is, maar kennelijk werkt de luchtverkoeler dan toch.

Zaterdag overdag tot een uur of drie op het busstation van Corumba gewacht totdat het politiebureautje opengaat om een Braziliaans uitreisstempel te halen. In de tussentijd Klaus ontmoet, een gepensioneerde Duitser die in Natal woont, aan de Braziliaanse kust. Die moest even het land uit omdat hij niet op tijd zijn visum had verlengd en Bolivia was voor hem het dichtstbij.

Als Verkenner dat stempel in zijn paspoort heeft en legaal het land uit mag, loopt hij eerst wat door Corumba te zwerven. Best aardig plaatsje. Niks bijzonders, maar dat geeft niet. Kan het toch wel een aardig plaatsje zijn. Hij zoekt de bushalte voor de bus naar de grens, vindt die halte ook, maar neemt samen met een local een taxi. Die brengt hem, over de grens, tot aan het treinstation. De eerstvolgende trein gaat morgen, zondag. Hij wisselt Europees geld voor Boliviaans, 100 euro levert bij een vrouw op een krukje op het trottoir 800 bolivianos op. Geen caja de cambio te vinden.

Half en half is hij van plan de nacht maar op het station door te brengen. Koud is het niet, en een matrasje heeft hij bij zich. Maar als hij langs een alojamiento loopt, loopt hij toch even naar binnen om te informeren hoeveel een kamer kost. 30 Bolivianos, minder dan 4 euro. "Muy bien".


3 brutale vragen:

1.
Ook wel eens slapeloze nachten gehad? Ook van de klimaatbeheersing?

2.
Misschien boeide het relaas van de reiziger onderweg van Memphis naar Bolivia u wel genoeg het door te vertellen of te sturen. Ga gerust uw gang. Haast u niet. Morgen is er weer een dag. Als u twijfelt, slaap er gerust een nacht over.

3.
Misschien, heel misschien is het slaapverwekkende verhaal van John Verkenner u toch een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het uw euro waard vindt. Als u er alleen maar van gaat gapen, laat dan maar.


Vriendelijke groet, ton.

11.11.07

Onder de douche in Santa Cruz

Zaterdag 10 november 2007,
dag 10 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia
Cafe Alexander, Santa Cruz

Onder de douche in Alojamiento Santa Barbera laat Verkenner vrijelijk zijn gedachten stromen. Met als enige structuur die van het neerkletterende water: Ze bespringen hem van boven naar beneden en verdwijnen weer in het putje. In willekeurige volgorde.

Het is vandaag al de 10de dag van deze reis. En Geert-Jan die hem al placht te zeggen: jongen, tijd glipt je als zand door de vingers, kan tevreden zijn en hoeft niets meer te krijgen, dat wil zeggen hij heeft toch gelijk gekregen.
Wat zal hij eens in 2008 gaan doen?
Wie weet dat Abraham Lincoln zijn baard zonder snor pas liet staan nadat hij tot president was verkozen en nog voor hij als president was geinaugureerd?
In december, en anders in januari, gaat hij in financiele problemen komen. Die ook in december, en anders in januari weer worden opgelost. Maar dat is een zorg voor later.
Amerika is de bakermat van de Europese democratie.
Hoe zorgt hij ervoor op 1 december op tijd op het internationale vliegveld van Sao Paolo te zijn. Alitalia vertrekt om 17.25 naar Milaan.
Zal hij vandaag ontbijt nemen, of niet?
Zou Amy nog in Santa Cruz zijn?
Hoe kan hij betere verhalen gaan schrijven?
65 Bolivianos kost zo´n muts met oorwarmers eraan, evenveel als het shirt van het Boliviaanse voetbalelftal dat hij gisteren voor Tom kocht, en ook evenveel maar dan in dollars als een shirt van Ronaldinho of Ronaldo op het vloegveld van Sao Paolo.
Wat hebben welvaart, afscheiding, aardgas en Lincoln met elkaar te maken?
Wat maakt een schrijver een goede schrijver? Een moeder een goede moeder? Een vader een goede vader?
Een kaart naar Europa sturen kost Bs 9,00, een brief Bs 22,50.
Wanneer gaat Bolivia zich kwalificeren voor het Wereldkampioenschap Voetbal? In 2010 in Zuid-Afrika?
Frankrijk heeft nog nooit een vrouwelijke president of koning gehad. De VS ook niet. Nederland nog nooit een vrouwelijke premier. Zou dat een premiere zijn?
Hoe ver is het lopen naar de busterminal? Hoe laat gaat de bus naar La Paz? Hoeveel kost een kaartje?
Iran en Pakistan, misschien de saltmarch nog een keer lopen, en in het najaar weer naar Amerika.
Moet hij wel door blijven gaan met kopieren van de brieven die hij verstuurt? Waarom eigenlijk? Hij raakt ze toch steeds maar weer kwijt.
2013 is nog 6 jaar.
Mainstream in het systeem, met een eigen hokje.
Een nieuw huis moet je bouwen voor het oude versleten is. Ook als dat huis Europa heet.
Espresso is een verslaving, sinaasappelsap is gezonder.
Wat voor werk zou je doen als je er niet voor betaald kreeg? Hetzelfde als nu?
De Luister-en-Vertel-Tournee in Syrie. Of: Zijn vrouwen er echt gelukkige slavinnen of is er een revolte op komst. Hopelijk met tekeningen.
Zomaar een rijtje: Evo Morales, Hugo Chavez, Lulu, Obama, Madiba, Assad, Ahmadinajad, Musharraf, Clinton, Hillary en Sonya, Gandhiji.
To be or not to be a vegetarian.
Warrensburgh, Wisconsin, Washington, Colorado.
Deurne is Het Dorp. Oisterwijk ook. Het zegt U hoogstwaarschijnlijk niets, maar het is waar ik niet geboren ben.
Obesitas is een welvaartsziekte. De travelbug ook. Behalve als je vluchteling bent. Dan is het armoe troef.
Regeren is vooruitzien. Is vooruitzien regeren?
Oom Tom was een neger met een hut. En een verhaal. Herriet Beecher Stowe was een abolitioniste. Lincoln niet, maar die kreeg de slavernij wel afgeschaft. Mede dankzij Oom Tom.
$ 333 is 210 euro, de prijs voor een enkele reis met Aerosur van Viri Viri, Santa Cruz naar Guaralhgos, Sao Paolo op 30 november. Met el Tren del Morte en de bus van Coirumba naar Sao Paolo kost het ongeveer 80 euro, en vijf dagen. Vliegen gaat in een dag, ook als het regent.
Che Guevara is geexecuteerd in La Higuera. Zijn lichaam is, zonder handen, tentoongesteld in Vallegrande. Daar is hij op een geheime plaats begraven. Het bleek onder een landingsbaan van een vliegveld te zijn. In 1997 is zijn lichaam weer opgegraven en in Cuba herbegraven.
Kun je meedoen aan de ratrace zonder een rat te zijn? Hoe is belangrijker dan of.

Verkenner schrijft het later allemaal op in Cafe Alexander. Twee tafeltjes verderop zit een Aziatisch meisje te stoeien met een Apple notebook. Het lukt haar uiteindelijk de laptop open te krijgen, maar niet zonder tijd en moeite. Ze ziet de humor er wel van in; al die tijd blijft ze lachen. Even later lijkt ze me niet van hier te zijn. Ze spreekt Engels met haar vriend, als die binnenkomt.


Dezelfde dag, een paar uur later. Verkenner zit in Cafe 24. Dat is een beetje vragen om moeilijkheden. In plaats van recht naar het busstation te lopen om de bus naar La Paz te nemen, of in ieder geval weg uit Santa Cruz, drinkt hij een espresso in dit cafe. Dom natuurlijk, want nu loopt hij het risico de bus te missen. Eigenlijk wil hij nog helemaal niet weg uit deze stad. De atmosfeer bevalt hem wel. Er valt nog veel te zien hier, hij heeft ook nog genoeg ideeen om in verhalen te verwerken. Alleen dat andere Bolovia, dat trekt hem ook. Het Bolivia van de bergen, het indiaanse Bolivia, het Bolivia van Evo Morales. En waarschijnlijk gaat hij eind november weer hier in Santa Cruz terugkomen. Om van hier alsnog el Tren de Morte naar de Quijarro aan de grens met Brazilie te nemen en vandaar per bus naar Sao Paolo. Of om een last minute vlucht te boeken naar Guaralhgos, zodat hij op tijd is voor zijn Alitalia-vlucht terug naar Europa. terug naar huis. Wat het wordt, dat zal nog blijken. Zal wel afhangen van de tijd die hij nog over heeft. En in Europa gaat hij eens kijken of hij die schijnbaar onlogische aaneenschakeling van gedachten tot een samenhangend verhaal kan boetseren.


3 brutale vragen:

1.
Eerst een paar antwoorden voor de verandering: De bus naar La Paz heb ik ruim op tijd gehaald. Kostte 150 Bolivianos. Ik wist dat niet, van die baard van Lincoln. Kende hem alleen maar met, niet zonder. Nu dus wel. En nu de vraag: ook wel eens zomaar voor de vuist weg een trits losse gedachten op een rijtje gezet?

2.
Misschien, waarschijnlijk niet, maar misschien toch is dit rijtje voor u wel aanleiding het naar iemand anders te sturen of te vertellen. Mag, alleen zie ik niet in waarom u dat zou doen.

3.
Misschien, heel misschien is de neerklaterende shower aan willekeurige ideeen u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het uw euro waard vindt. Anders niet. Anders kunt hem beter voor een beter verhaal bewaren. De Negerhut van oom Tom bijvoorbeeld.


Meer verhalen van De Luister-en-Vertel-Tournee?: http://ton27.blogspot.com/


Vriendelijke groet, ton

10.11.07

Wat doet ertoe in Santa Cruz?

Vrijdag 9 november 2007,
dag 9 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia
Cafe 24, Santa Cruz

Raar is dat; vandaag was een mindere dag. En het begon zo goed. Verkenner werd vroeg wakker in kamer numero 3 van Alojamiento Santa Barbera. Al om vijf uur. Als vanzelf. Heerlijk om vanzelf vroeg wakker te worden. Teken dat lichaam en geest genoeg energie hebben getankt. Dat het tijd is de dag te gaan beleven. Dat het tijd is de dimensie van dromen te gaan verruilen voor de dimensie die ongelukkigerwijs en misleidend werkelijkheid wordt genoemd. Alsof dromen niet echt kunnen zijn!

Neem nu het moment van nu. Verkenner leeft als in een droom. Het is vrijdagavond. Een zwoele lenteavond in Santa Cruz. In Cafe 24, op de hoek van van het centrale plein in deze stad, Plaza 24 de Septiembre, is door de glazen deur aan de palmen op het plein te zien dat het hard waait. Woest en heftig schudden de bladeren in top op en neer. Vele lantaarns verlichten het plein en de mensen die er flaneren. Dressed to impress. Dat is buiten. Binnen speelt live een driemansbandje. Twee akoestische gitaristen, eentje zingt ook, en een trommelaar. Mooi? Ben je gek! Het klinkt Verkenner voor geen meter in de oren.

Maar dat doet er niet toe. Het doet er niet toe dat het enige aantrekkelijke voor zijn oren de stem van de zanger is. Klinkt een beetje als Juanes, die Columbiaanse zanger die een tijdje geleden ook in Europa populair was met Camisa Negra, een zwart shirt. Het doet er niet toe dat de gitaarmuziek niet helemaal bij de zang past. En dat het getrommel helemaal niet past. Het is meer de doffe dreun van de tamtam uit het oerwoud, afgewisseld met de houten klank zoals een castagnette klinkt. Die dreun zou niet misstaan als filmmuziek voor een verhaal over een kudde naderende olifanten, die nog net niet maar bijna wel op het punt staan in blinde galop over te gaan. Het heeft iets onheilspellends. Terwijl de zang van de zanger juist krachtig in zijn lieflijkheid is. Wat je noemt een mismatch. Maar dat doet er allemaal niet toe.

Wat ertoe doet is dat hij hier is. Dat is de droom die ook werkelijkheid is. Dat hij zelf kan horen dat het allemaal wel bij elkaar hoort, en toch geen eenheid is. Het zijn vast Verkenner´s verwende oren die de harmonie ontgaan. Het is vast zijn gebrek deze taal te verstaan waardoor hij de samenhang mist tussen de hartstocht van de woorden en de passie die uit de trom dreunt. Waardoor de kracht van dit trio aan hem verloren gaat.

Wat ertoe doet is het glas rode wijn voor hem op tafel. Naast de stapel kaarten voor Laure en Tom, vandaag gekocht. Die doen er ook toe. Gisteravond, na aankomst in deze stad, eindelijk een plek gevonden om Boliviaanse kaarten te kopen. Nu heeft hij zo´n 20 kaarten voor zijn kinderen. Kan hij ze eindelijk verhalen over dit land gaan vertellen. Wat ertoe doet is het onschuldige geflirt met de serveerster. Hij hoopt tenminste dat het onschuldig is. Wat ertoe doet is de brief die hij de moeder van Laure en Tom aan het schrijven is. Robert Palmer. Eindelijk de woorden gevonden voor wat hij zeggen wil. Vragen wil. Wel niet zijn eigen woorden. Maar doet dat ertoe als het de juiste woorden zijn? Doet het ertoe van wie die woorden af komen?

Dat Verkenner zich vandaag minder voelt dan anders is zo raar, omdat er geen aanwijsbare reden voor te vinden is. Juist het omgekeerde. In de loop van vandaag de dagen van de afgelopen eerste week in Bolivia op twee na in de kaarten verwerkt. In de loop van vandaag met meer transpiratie dan inspiratie weer een verhaal geschreven en verstuurd. Nummer 10 van deze Luister-en-Vertel-Tournee, waarmee het tot nu toe een redelijk productieve onderneming is. En passant een shirt voor Tom gevonden: Camisa Boliviana, het groen-gele shirt van het Boliviaanse voetbalteam. Dat is op zich niet zo indrukwekkend. Met dat shirt gaat zijn zoon niet echt indruk maken op zijn vriendjes op het voetbalveld. Bolivia is in Zuidamerikaans voetbalperspectief zo´n beetje te vergelijken met IJsland of Finland. Een shirt van een van die landen is niet bepaald ´dress to impress´. Er wordt wel eens gewonnen, maar dat is dan ook meteen voorpaginanieuws.

Is het de wijn? Of de gelijdelijkheid waarmee de band op elkaar ingespeeld raakt? Zou het door de herkenning van de gitaarloopjes zijn? Of gewoon het late uur? Hoe het komt doet er niet toe. Wat ertoe doet is dat de muziek Verkenner na een tijdje mooi in de oren klinkt. Wat ertoe doet dat hij zich realiseert dat het weer een goede dag is geweest. Dat het weer just another day in paradise is geweest. Dat is winst.


3 brutale vragen:

1.
Ja, wat doet er eigenlijk toe? En wat niet? Ook wel eens afgevraagd waarom u het eigenlijk nou allemaal doet? Wat het dan ook maar mag zijn? Of staat u daar nooit bij stil? Leeft u gewoon het leven dat u leeft, zonder er bij na te denken waarom dat nou zo is? Dat is dan een gave. Zou ik jaloers op zijn. Ruilen? Cafe 24, Santa Cruz, Bolivia.

2.
Misschien vindt u het verhaal van een mindere dag, die eigenlijk helemaal zo slecht nog niet was, wel de moeite waard met iemand te delen. Als dat zo is, stuur of vertel het door. Maar alleen als het ertoe doet. Anders niet.

3.
Misschien, heel misschien is Verkenner´s mijmering over wat er niet toe doet en vooral wat wel u een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het uw euro waard vindt. Anders niet.


Vriendelijke groet, ton

Lamlendig rondhangen

Vrijdag 9 november 2007,
dag 9 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia
Cafe 24, Santa Cruz

Gisteren was het dag 8 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia en pas gisteren is Verkenner in Santa Cruz aangekomen. Een paar dagen later dan vantevoren gepland. En niet met de trein, zoals hij wilde, maar na ruim 25 uur in een bus. Samen met Amy, een Engelse van 25 die hij in Quijarro was tegengekomen.

De eerste keer was in een van de internetcafe's in de hoofdstraat. Dat was dinsdag. Ze was net die dag uit Brazilie aangekomen, en zou nog dezelfde dag met de bus doorreizen naar Santa Cruz. Zelf zat Verkenner die dag op de trein te wachten, ook naar Santa Cruz. Niet echt wachten, hoor. Hij had die dinsdagochtend in een communique van de Spoorwegen gelezen dat vanaf morgen, woensdag 7 november, de gewone dienstregeling weer zou worden hervat. Het Spaans van Verkenner is ruim voldoende om het communique te begrijpen. Nou, die ene dag kon er ook nog wel van af, besloot hij, ook al omdat hij sinds zijn aankomst afgelopen zaterdag aardig het ritme had te pakken van twee, soms drie verhalen op een dag te schrijven en te versturen. Had nog veel ideeen voor nieuwe.

Soms is het beter om bij gebrek aan inspiratie een andere plek op te zoeken. Een ander cafe, een andere stad, een ander land. Als het moet een ander continent. Verandering van spijs doet eten, zoiets. Soms, als de inspiratie er wel is, is het beter om op dezelfde plaats te blijven. En soms, meestal eigenlijk, doet het er niet toe waar je bent. Meestal is gebrek aan inspiratie een smoes om lui en lamlendig maar wat rond te hangen of een beetje doellos rond te reizen. Om een of andere reden geeft het stoffige, slaperige stadje aan de Boliviaanse kant van de grens met Brazilie hem tot nu toe genoeg inspiratie en energie elke dag te schrijven aan brieven en verhalen te sturen.

Misschien wel als contrast voor het ogenschijnlijke gebrek aan bedrijvigheid in dit paatsje; tegendraadsheid is niet zelden Verkenners tweede natuur. Misschien wel door de thrill van voor het eerst in Bolivia te zijn, al is hij zich er drommels goed van bewust dat Quijarro vast niet representatief voor het hele land is. Maar hij is hier toch maar. Misschien ook wel komt die energie van het aangename vooruitzicht over een maand beter Spaans te kunnen begrijpen en spreken dan nu. Het leren van een nieuwe taal, of het nu op school was of in de werkelijkheid van de wijde wereld, was altijd al een prettig tijdverdrijf. Dus gebruikte Verkenner de dagen in Quijarro om het Lonely Planet Phrasebook Latin American Spanish eens een keer goed door te lezen. Niet dat je daardoor dan meteen die taal beheerst, maar het helpt allicht om beter de weg te vinden in de brei van vreemde woorden en zinnen die je hoort. En het helpt vast wel om beter met de mensen hier te kunnen praten. Ach, en misschien komt het wel omdat er in Quijarro weinig anders te doen is.

Kennelijk is hij niet de enige die er zo over denkt. Zondag en verder iedere avond zijn de terminals in ieder internetcafe dat hij bezoekt bezet met jongens en meisjes. De jongens spelen vooral spelletjes. Vooral luidruchtige spelletjes, daardoor ook voor Verkenner te volgen. Voetbalspelletjes; aan het bijbehorende commentaar hoort hij dat Engeland tegen Brazilie speelt. Rooney, Ronaldhino, Beckham en Ronaldo worden afgewisseld met een luidkeels Goooooooool! Gol do Brasil! Nou ja, en af en toe Gol do Inglaterra. En als de jongens niet voetballen, dan vechten ze. Wat voor spelletjes de meisjes spelen is minder goed te volgen. Het maakt aanzienlijk minder veel geluid dan de boys-games, maar is aan het lachen te horen wel veel grappiger.

Het heeft ook wel iets. Een paar dagen in dit godvergeten gat te zijn. Een paar dagen lamlendig rondhangen. Wachten op een trein die misschien wel, misschien niet, misschien morgen gaat. Een paar dagen de tijd doden met het doden van de tijd.

Niet te lang. Deze dinsdag, als hij het zevende of achtste verhaal verstuurt, heeft hij er genoeg van. Amy's busreis geeft de doorslag. Nog een dag wacht hij op die trein, el Tren del Morte. Als hij om wat voor reden dan ook morgen niet in die Train of Death zit, neemt hij de bus.

Daags erna, die trein gaat hij inderdaad missen, hij gaat wel maar Verkenner was te laat in de rij, en toen hij eindelijk aan de beurt was is de trein volgeboekt, morgen rijdt hij weer, twee zelfs, maar daar gaat hij niet op wachten, heeft inmiddels voor 100 Bolivianos een buskaartje gekocht, komt hij Amy voor de tweede keer tegen.

"He?! Jij zou gistermiddag toch met de bus naar Santa Cruz gaan?"
"Ja. Maar die ging niet"
"Die ging niet?"
"Nee"
"Waarom niet?"
"Dat weet ik niet" Nou spreekt Amy net zo beroerd Spaans als Verkenner, dus het kan best zo zijn dat het haar wel verteld is, maar dat ze het niet verstaan heeft. Wel gehoord, maar niet begrepen.
"Wanneer ga je nu?"
"Vandaag"
"Hoe laat gaat je bus?"
"Half vijf"
"De mijne gaat om vier uur"
"Jij ging toch met de tren?"
"Dat was ik ook van plan. Volgeboekt. Ik was te laat in de rij gaan staan"
"Hoe laat was dat?"
"Half acht, geloof ik"
"Hoe laat zei je dat jouw bus gaat?"
"Vier uur. De jouwe half vijf?"
"Ja"
"Hm. Ik kan me niet goed voorstellen dat er vandaag twee bussen naar Santa Cruz vertrekken"
"Laat je kaartje eens zien"
De 'boleto' van Verkenner is van dezelfde maatschappij als dat van Amy. Zijn ook twee identieke kaartjes, alleen staat op de een een andere vertrektijd. Is vast dezelfde bus.

Die woensdag was zijn zin om te schrijven of verhalen te versturen zo goed als over. Misschien wel door het vooruitzicht naar Santa Cruz te gaan. Misschien wel door het vooruitzicht van een lange busreis. Misschien wel door het sjagrijn de trein te hebben gemist. Ach, wat doet het ertoe?

Niet helemaal was zijn schrijversenergie verdwenen. De dag was gecarpediemd door Herman en Carine. Miguel's tweede verjaardag, dus hij loopt de hele dag aantekeningen te maken en heeft op internet de betekenis van die naam opgezocht. Vond er drie, waarvan twee in woorden vrijwel hetzelfde luiden. Slechts een klein detail verschilde: de ene betekenis is met, de andere zonder vraagteken. Het miniscule tekentje geeft een wereld van verschil. De trein gaat, gaat de trein? En verder kon hij het nog opbrangen email te checken en te beantwoorden, maar toen was de koek op. Tijd om Quijarro te verlaten. Tijd voor een verandering van omgeving. Tijd om te gaan.


3 brutale vragen:

1.
Als jongens niet voetballen, dan vechten ze. Zo bezien is voetballen beter dan lamlendig rondhangen. want dan gaan jongens alleen maar vechten. En als meisjes niet lachen, wat dan? Dan zijn ze in ieder geval niet blij. Lamlendig rondhangen. Dat is toch zonde van de tijd, niet? Of denkt u daar ander over? Mag hoor. Verkeerde meningen bestaan niet. Alleen maar meningen waar je het oneens mee kunt zijn.

2.
Misschien vindt u het verhaal van Verkenner wel de moeite waard om met iemand te delen. Als dat zo is, stuur of vertel het door.

3.
Misschien, heel misschien is dit relaas van een geinspireerde reiziger u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het een euro waard vindt. Anders niet. gebruik het anders maar om uw eigen tijd te doden.


Vriendelijke groet, ton

7.11.07

Starbucked op het vliegveld van Memphis

Dinsdag 30 oktober 2007
Starbucks, Memphis International Airport

"How you´re doin, sweety?" Opgewekt begroet de Starbucksbarista de reiziger.
"Fine. What about yourself?"
"Fine too. What can I get you today, baby?" in hetzelfde, beetje lijzige zuidelijke accent. Tennessee hoort bij de zuidelijke staten van de VS. Een grote zwarte populatie (afro-amerikaanse populatie hoor je te zeggen). Erfenis van de slavernij. Een beetje een laidback atmosfeer. Groot contrast tussen rijk en arm. Rijk is veelal blank maar niet altijd, arm vaak zwart en evenzo niet altijd. De gekleurde scheidslijn arm/rijk is ook erfenis van de slavernij, en van de segregatie die erop volgde nadat Abraham Lincoln de slavernij had afgeschaft.

Dat van die grote afro-amerikaanse populatie en het grote verschil tussen arm en rijk langs zwart/wit lijnen weet de reiziger alleen maar van wat hij gelezen en gehoord heeft. Dat van die relaxede atmosfeer heeft hij hier in Memphis zelf gemerkt. Hoe anders is deze stad dan New York. Of in ieder geval hoe anders dan Manhattan.

Hij bestelt een espresso dopio, neemt die van het plateautje twee meter verderop en gaat op een van de barkrukken zitten aan de hoge tafel tegenover de counter.

"What can we give you, sugar" hoort hij dezelfde afro-amerikaanse barista een andere reiziger vragen, terwijl hij verder schrijft aan een brief die hij al een maand of vier eerder begonnen was. Het eerste deel ervan is verloren geraakt; het zat in de rugzak die in New York gestolen is. Vanuit zijn geheugen herinnert hij zich nog dat het over een mooie avond in Enschede ging, over wereldse ambities van een startende onderneming en over persoonlijke ambities van een mens die eigenlijk nog niemand is. Hij zou willen nakijken hoe hij die ambities ook alweer verwoord had, maar dat gaat dus niet meer. Dat deel van de brief is met rugzak en al door iemand anders meegenomen terwijl hij op een bankje langs Central Park lag te slapen.

Het is nog vroeg, zeven uur. Afgelopen nacht heeft hij op een bankje in de vertrekhal van dit vliegveld geslapen. Rond vijf uur werd hij als vanzelf wakker. Combinatie van genoeg energie opgedaan en de geluiden die horen bij het begin van een werkdag op een vliegveld. Geroezemoes van pratende voorbijgangers, getik en gepiep van voorbijlopende mensen. Het getik is van hooggehakte dames, vast passagiers, het gepiep van de gemakkelijkere schoenen van het luchthavenpersoneel op de gladde tegels. Gerinkel en andere ringtones van mobiele telefoons. En de geluiden die horen bij het inchecken, ongeveer 10 meter van het bankje waar hij ligt te slapen.

Hij staat op, pakt de helblauwe dunne lakenzak waarin hij heeft liggen slapen in het hoesje en stopt die in de nog nieuwe rugzak. Haalt daar de ook nog nieuwe zwarte flightbag uit, waar de blauwgrijze Deuter-backpack gemakkelijk in past. Alledrie in New York aangeschaft ter vervanging van die 17 jaar oude paarslila rugzak die hij er is kwijt geraakt.

Het is pas 5.22 als hij wil inchecken voor de vlucht naar Chicago van 9.40. De vrouw achter de balie vraagt of hij een vlucht eerder wil. American Airlines vliegt ook om zes uur naar O´Hare, het vliegveld van Chicago. Dat hoeft voor hem niet. Het vliegtuig naar Brussel vertrekt toch pas half vijf vanmiddag. Waarom zou hij zich nu haasten om dan in Chicago drie uur langer te wachten? Hij kan die tijd beter hier in Memphis gebruiken om op zijn gemak wat te schrijven en te lezen en straks in Chicago verder te gaan.

De andere vrouw achter de balie probeert hem in te checken op een van de self-chekin automaten in de hal, maar dat gaat niet. De paspoortlezer op de automaat herkent zijn Europese paspoort niet. Dan maar met de hand.

De security-check op weg naar de gates is inmiddels routine geworden, ook al wordt hij uitgeselecteerd voor een uitvoeriger dan standaard onderzoek. Alweer. Een securityman fouilleert hem terwijl een vrouwelijke medewerker zijn kleine rode rugzak doorzoekt. De man vindt niets, alweer niet, de vrouw haalt het kleine nog gesloten flesje jus d´orange uit zijn daypack dat hij gisteravond in één van de drie Hudsonwinkels op het vliegveld heeft gekocht. Het mag niet mee. Dom van hem; hij weet best dat je geen vloeistoffen in het vliegtuig mag meenemen.

"Drink er maar wat van", zegt ze hem, "de rest gooien we weg" Hij doet wat ze zegt, terwijl twee gedachten in zijn hoofd om voorrang vechten. ´Één dollar negenennegentig weggegooid´ is de ene gedachte, de andere is in woorden langer: ´zou ze me de sinaasappelsap laten drinken om te testen of het wel sinaasappelsap is?, of gewoon omdat zij, als mens, ook wel begrijpt hoe ridicuul het eigenlijk is, maar, als securitymedewerkster, niet anders kan? Alleen maar haar werk doet?´ Hij houdt het op het laatste.

En zo is hij hier bij deze Starbucks terecht gekomen. Één van de twee op deze luchthaven. Starbucks is een mooi voorbeeld hoe het kapitalistische systeem werkt. Kan werken, want niet iedere onderneming ontwikkelt zich als dat koffiebedrijf uit Seattle. Het is een voorbeeld hoe een ordinaire commodity als koffie kan leiden tot een multinational, dat past in het rijtje McDonald´s, Hilton, Hudson. Of, om Europees te denken, in het rijtje van Ikea en Cadbury. Albert Heijn en ABN AMRO passen eigenlijk ook wel in dat rijtje. Allemaal bedrijven die erin zijn geslaagd van een doodgewoon consumentenproduct iets bijzonders te maken en zo groot te groeien. Bewonderenswaardig, al is niet iedereen het daarmee eens.

Vier en een half jaar geleden kwam hij voor het eerst in aanraking met Starbucks. Dat was in Sydney, Australie. De vriend waar hij logeerde, zelf een ondernemer met soms grootse ideeen, had in zijn boekenkast, niet toevallig in de logeerkamer, het boek waarin de toenmalige CEO van Starbucks, ene Howard Schultz, het verhaal van de groei van het bedrijf en de filosofie daarachter vertelde. ´Pour Your Heart Into It´ heette het boek, ondertitel ´One Cup at a Time´. Zijn vriend liet het hem lenen en hij las het in no time uit. In een coffeeshop van Starbucks in de haven van Sydney.

Eergisteren kwam de reiziger in een boekwinkel in Cooper Street, vlakbij de kerk waar hij afgelopen week in Memphis heeft gelogeerd, een ander boek tegen. ´Starbucked´ heet het, en het geeft een kritischer beeld van de koffiegigant uit Seattle. De tekst op de achterflap intrigeert hem. Zo leest hij dat Starbucks 2000 nieuwe coffeeshops per jaar opent. Tweeduizend! dat is ongeveer 6 per dag! De doelstelling voor 2007 is 40.000. Veertigduizend! dat is één voor iedere kilometer die de aarde rond is!

25 dollar is hem teveel, anders had hij dat boek gekocht. Altijd goed een succesverhaal ook eens van een andere kant te bekijken.


3 brutale vragen:

1.
Hoeveel heeft u over voor een andere kijk? Een kritischere blik op wat u denkt al te weten? Waar haalt u uw kennis over de wereld vandaan? Ook van horen zeggen en lezen schrijven? Of uit eigen beleving?

2.
Misschien heeft het verhaal u wel genoeg geintrigeerd om het met een vriend te delen. Of een vriendin. Als dat zo is, stuur of vertel het door. Wie weet wat daarvan komt?

3.
Misschien, heel misschien is deze voor een reiziger doodgewone morgen op het vliegveld van Memphis u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het een euro waard vindt. Anders niet. Gebruik het anders ergens anders voor. Bijvoorbeeld om voor een keer een andere krant te kopen dan die u elke dag leest.


Vriendelijke groet, ton

Comunicado do Bolivia

Dinsdag 6 november 2007
dag 6 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia
en dag 4 in Quijarro


Half elf is het als Verkenner het treinstation van Quijarro binnenloopt. Niet voor de eerste keer vandaag. Een uur geleden was hij hier ook al. "Dies" antwoordde de vrouw achter een loket in de grote wachtruimte boven op zijn vraag of er al nieuwe informatie is over wanneer de trein weer rijdt. Tien uur.

En dus is hij er nu weer. Hij leest de mededeling die op het raam van het loket voor de kaartjes beneden hangt. Dat begint precies hetzelfde als het communique van gisteren. Maar het eindigt anders. Gisteren stond er dat er morgen, vandaag dus, om 8.00 horas nieuwe informatie is. Vandaag staat er beter nieuws.




COMUNICADO

Suspencion del Servicio de Pasajeros
por Bioqueos en la Via Ferrea



Ferroviaria Oriental S.A. comunica al publico usuario en general, que debida al bloqeo de la via ferrea por 48 horas iniciado el Lunes 05/11/07 en las comunidades de Santa Ana y Candelaria por demandas relacionadas con la contruccion de la carretera Santa Cruz - Puerto Suarez, los servicios de pasajeros Santa Cruz - Quijarro - Santa Cruz, quedan suspendidos par hoy dia, retornando a la normalidad el dia de manana miercoles 07 de noviembre dei presente ano.

Unidad de Pasajeros

Quijarro, 6 de noviembre 2007



Dan nog maar een dag in dit dorpje doorbrengen. Hopelijk morgen naar Santa Cruz. Als alles goed gaat komt Verkenner daar dan overmorgen aan.

Morgen is ook de dag van Miguel. Benieuwd of de treinreis genoeg avonturen oplevert om een boeiende carpe diem brief te schrijven.


3 brutale vragen:

1.
Begrijpt u het? Als u Spaans beheerst is het een koud kunstje de Boliviaanse mededeling te lezen. Maar ook voor wie geen Spaans spreekt is er vast wel een touw aan vast te knopen. Als u er de tijd voor heeft, puzzel maar eens.

2.
Ook al heeft dit communique geen enkel nut voor Nederlandse treinreizigers noch voor het Nederlandse publiek, wie weet weet u toch iemand die geinteresseerd is in dit soort berichten. Als dat zo is, stuur of vertel het door.

3.
Misschien, heel misschien is het communique, al dan niet na vertaling in begrijpelijk Nederlands, u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het een euro waard vindt. Anders niet. Beschouw het anders maar als een mededeling van dienstregelingaard.



Vriendelijke groet, ton

5.11.07

Idealisme in Memphis

Zondag 28 oktober 2007
Memphis, Tennessee

Te voet onderweg van de First Congregational Church, de kerk in Cooper Street waar hij logeert en die kortweg Comgo wordt genoemd, naar Quaetzl, het internetcafe op Union Avenue dat hij nog kent van vorige jaren, beheersen twee zaken de gedachten van de conferentieganger uit Nederland. In hoofdlijnen althans, in details zijn het wel honderdduizend zaken. De Gandhi King Conferentie van gisteren en eergisteren zingt nog na in zijn hoofd, en zijn verbeelding is bezig een voorstel van Fish Services voor Intralogicon te formuleren hoe de Indiase samenwerking vorm te geven.

De twee dagen van de conferentie waren twee fantastische dagen. Het deed hem goed te constateren dat hij niet de enige is met een overdaad aan idealisme. Nou weet hij best dat ieder mens vol idealen en idealisme zit, niemand uitgezonderd, maar idealen hebben en ernaar leven zijn twee verschillende dingen. Het eerste is gemakkelijk, en ook een beetje gratuit. Het tweede veel moeilijker, misschien wel tot mislukken gedoemd, maar wel waar het uiteindelijk om gaat. Mensen heeft hij op de conferentie ontmoet en verhalen gehoord, waarbij vergeleken zijn manier om invulling te geven aan zijn idealen niet meer dan povere pogingen zijn. Niet meer dan peanuts En dan moet hij bij zichzelf ook nog bekennen in die pogingen niet bepaald succesvol te zijn, veel en vaak te falen. Een bescheidenmakende ervaring.

Het Fish voorstel stelt hem voor een praktisch en voor een principieel dilemma. Het praktische zit hem in de beperkingen die tijd en ruimte hem opleggen. Het principiele heeft weer met zijn idealen te maken. Hoe idealistische uitgangspunten te verenigen met een zakelijke uitwerking? Hoe abstracte, vage beginselen te vertalen in een concrete, precieze uitwerking? Misschien is dat nu wel juist de reden waarom het zo moeilijk is idealen te verwezenlijken. Zolang ze abstract en theoretisch zijn is het gemakkelijk ze na te leven. Pas als het concreet en praktisch wordt blijkt hoe sterk die idealen zijn en wat idealisme waard is.

Lopend over Union Avenue, in de Tennessee herfstzon, rijpen langzaam de woorden en zinnen. Tergend langzaam. Gelijk een Echternachprocessie: twee stappen vooruit, een achteruit. Steeds als hij denkt een goede formulering te hebben gevonden voor hoe hij het geregeld zou willen hebben, blijken bij overdenking van de mogelijke consequenties van die formulering de woorden toch niet helemaal uit te pakken zoals zijn idee is.

Alzo stoeiend met ideeen, gedachten en woorden wandelt de Nederlander over Union Avenue. Het is een van de brede avenues die vanuit de buitenwijken van Memphis downtown gaan. Richting Mississippi. De weg gaat een klein beetje op en neer. Als hij ´op´ is kan hij in de verte de highrises in het centrum van deze stad van blues en rock & roll, van B.B. King en Elvis zien. De hemel is stralend blauw, geen vuiltje aan de lucht.

Op een groot electronisch reclamescherm, dat links hoog boven de gebouwen langs Union Avenue uitsteekt, verschijnt om de zoveel seconden tussen de wervende advertenties voor een radiozender en voor een kandidaat voor de citycouncel de tijd en de temperatuur. ´13.15´en ´64F´leest hij. Volgens de enige omrekening naar Celsius die hij uit zijn hoofd weet, min 32 en dan delen door 2, dan naar boven afronden, is het dus ongeveer 16 graden. Het voelt veel warmer, eerder een aangename 19 of 20 graden. Hij neemt zich voor de exacte omrekening nog eens na te kijken. Was het niet delen door 1,8? Ach, is eigenlijk op dit moment niet relevant. Hier en nu, lopend door deze stad, is voor hem slechts relevant hoe de temperatuur aanvoelt, niet hoeveel het volgens een of andere thermometer uitgedrukt in cijfers is. Of dat nu Fahrenheit- of Celsiuscijfers zijn.

Hij ziet een man hem tegemoet komen. Over het trottoir aan dezelfde kant van de straat als hij. Voor de man rechts, voor hemzelf links. Van verre ziet hij dat het een zwerver is, maar dan niet van het type dat hij zelf ook is. Meer het Swiebertje-type, maar dan minder geromantiseerd. Meer het type zwerver dat als landloperij wettelijk verboden is en die door types als Bromsnor dienen te worden opgespoord. Het type zwerver dat, als het dan niet illegaal is, dan toch de meeste mensen ´the creeps´ geeft. Meteen als hij de man als een swiebertje herkent schiet hem het verhaal door de kop dat de pastor van de Congo, Cheryl Cornish, vanmorgen in de dienst vertelde. Ze vertelde het verhaal van de man, die door Philadelphia loopt.

Een man loopt over straat in Philadelphia. In de verte ziet hij een ´bum´ tegemoet komen, een dakloze zwerver. Als de man de zwerver dichter genaderd is ziet hij hoe haveloos hij erbij loopt. Zijn schoenen, of wat het ook maar ooit mogen zijn geweest, zijn niet meer dan klompen leer aan zijn voeten. De te korte broek is meer dan verfomfaaid, in de rechterpijp een gat net onder de knie. Of hij sokken aan heeft is niet te zien; zou kunnen, maar het donkere tussen broek en schoenen zou evengoed aangekoekte modder kunnen zijn. De lange jas, halfopen, hangt vanaf de schouders vormeloos recht naar beneden. Eronder is een viezig vette trui te zien. Ondanks het mooie en warme weer draagt hij vingerloze handschoenen aan zijn handen. Een lange wildgegroeide baard, waarin etensresten te zien zijn. Een bedeking op zijn hoofd. Eens een hoed of een pet, dat is niet meer te zien. Het gelaat van de man, getaand en verweerd, contrasteert merkwaardig met het algemene beeld dat hij uitstraalt: opvallend vrolijk, glinsterende ogen, big smile op zijn mond.

In zijn rechterhand houdt hij een grote kartonnen Starbucksbeker. Zo eentje die bedelaars gebruiken om mee te rinkelen en om een kwartje te bedelen. Of een dollar, maar dat rinkelt meestal niet zo lekker. ´Die gaat vast met een zielig verhaal proberen mij 5 dollar of zo uit de zak te kloppen´, denkt de wandelaar als de zwerver zijn pas inhoudt, als het ware de wandelaar opwacht. ´Wordt weer zo´n verhaal hoe het leven hem tegen zit, dat hij alles is kwijt geraakt. Buiten zijn eigen schuld natuurlijk. Ja ja, zal wel´.

Als de twee op een meter van elkaar zijn ruikt de wandelaar de tegenstrijdige geur van verse koffie en de misselijkmakende odeur van riool en urinoir tegelijk. Een creepy gevoel daalt van zijn neus naar zijn ruggegraat.

"Meneer", spreekt de zwerver hem vragend aan, "mag ik u wat vragen?"
De verrassend zachte natuurlijk orende lieflijkheid van zijn stem en de gemeend vriendelijke toon van zijn vraag geven de man aanleiding correct te zijn: "Yes".
"Zou u een slok van deze koffie willen proeven? Hij is werkelijk voortreffelijk!"
De man is in dubio; ´hoe kom ik hier onderuit?´. Zijn natuurlijke aard, zijn even natuurlijke gebrek aan creativiteit om nu en hier een smoes te bedenken, en ja, ook de verleidelijke geur van de koffie, maken dat hij met het verzoek instemt. En misschien is het ook wel het vertrouwenwekkende logo. Wat kan er nou mis zijn met koffie van Starbucks? De koffie smaakt inderdaad exceptioneel lekker. ´Dacht dat Starbucks standaard overal hetzelfde smaakt´ verwondert hij zich.

"Hoe kom je hieraan? En hoezo vraag je mij ervan te drinken?"
"Dat zal ik u vertellen. Ik liep langs de Starbucks vijf blokken verderop. Ik vroeg een man die net naar buiten kwam of hij wat kleingeld kon missen. Dat kon hij niet, maar ik weet wel wat, zei hij, wacht hier even. Hij liep naar binnen en kwam terug met deze koffie. Hier, die is voor jou, zei hij. Maar je moet er wel wat voor doen. Wat dan?, vroeg ik. Je moet de eerstedebeste voorbijganger die je tegenkomt vragen er een slok van te drinken en je mag er zelf pas van drinken als het je gelukt is iemand te overtuigen er een slok van te nemen"
"Hoeveel mensen ben je al tegengekomen?"
"U bent de negende"
"En al die tijd heb je met die heerlijk ruikende koffie rondgelopen zonder ervan te drinken?"
"Ja"
"Echt?"
"Ja"
"Eerlijk?"
"Ja hoor. Gelooft u me niet?"
"Jawel hoor"
"Mag ik u nog wat vragen?"

´Aha, nu gaat de 5 dollarvraag komen. Zie je wel, dat koffieverhaal is gewoon een truc geweest´ Maar de koffie heeft hem week gemaakt: "OK"
"Mag ik u een knuffel geven?"
´Had hij nou maar om 5 dollar gevraagd´, denkt de man bij zichzelf. Hij weigert beleefd en loopt door.

Na een paar meter krijgt hij spijt. Hij draait zich om en roept de zwerver: "Meneer! Meneer!".
De zwerver draait zich om en kijkt de man verbaasd aan. "Ik wordt niet vaak met meneer aangesproken", is het eerste dat hij zegt als de man binnen gehoorafstand is.
"Ik wil toch die knuffel", gaat de man er niet op in. Hij vermant zich en geeft de zwerver een hug. Gek, hij ruikt de stank van daarstraks niet, alleen de geur van koffie. "He, je hebt nog niets ervan gedronken!?"
"Die gulle gever had ook gezegd dat ik pas de koffie mocht drinken als ik iemand zover had gekregen mij een knuffel te geven. Hij zei dat het dan niet alleen voor mij, maar ook voor iemand anders een bijzondere dag zou worden."
"Haha", lacht de wandelaar luid over straat, "zijn er nog meer voorwaarden? Of mag je nu echt van die heerlijke koffie drinken? Straks wordt´ie nog koud"
"Nee hoor, er zijn geen andere voorwaarden. Zullen we de koffie samen opdrinken? Of heeft u haast?"
"Nee hoor"



3 brutale vragen:

1.
Heeft u nog idealen? Of zijn ze versleten? En nu?

2.
Misschien wilt u, net als ik, het verhaal van pastor Sheryl Cornish, wel doorvertellen. Dat mag, hoor. Ik heb het haar gevraagd en ze vindt het goed. Dus als u iemand weet, stuur of vertel het door.

3.
Misschien, heel misschien is het merkwaardige verhaal van de wandelaar en de zwerver u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het een euro waard vindt. Anders niet.



Vriendelijke groet, ton

Wachten op de bus naar Bolivia

Vrijdag 2 november 2007, dag 2 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia
13.15 uur Braziliaanse tijd
Rodiovario (busterminal) Barra Funda, Sao Paolo, perron 24

Het ziet ernaar uit dat het toch nog goed gaat komen. Dat Verkenner vandaag al vlakbij Bolivia geraakt, en dan morgen het land in kan. Daar zag het even niet naar uit.

In het begin ging het allemaal heel soepel. In de Lonely Planet las hij dat Sao Paolo vier busterminals heeft. De grootste is Tiete. Vandaar vertrekken bussen naar heel Brazilie, en ook de bussen met de internationale bestemmingen. Als voorbeelden worden Asuncion in Paraguay genoemd, $50 in 20 uur, Buenos Aires in Argentinie, $125 36 uur, Montevideo in Uruguay, 30 uur voor $100, en Santiago in Chili, $ 120 en 56 uur. Bolivia wordt niet genoemd, maar hij verwacht in Terminal Tiete de meeste kans te hebben een bus in de richting van Bolivia te vinden. Vanaf Guaralhos International Airport rijden speciale airport-shutlles naar verschillende plekken in de stad. Ook een naar Tiete. De eerstvolgende gaat om 10.40. Ongeveer een half uur doet de bus erover, zonder stops. De eerste glimpsen van Brazilie voor Verkenner. Sao Paolo, moet hij zeggen. Hij had het natuurlijk al kunnen weten toen hij in het vliegtuig las dat in deze stad 20 miljoen mensen wonen, en toch kijkt hij op van de uitgestrektheid ervan. Bijna voortdurend gaat de rit over de snelweg door bewoond gebied.

Tiete is inderdaad een groot busstation. Meer dan 50 perrons, veel mensen en de daarbij horende drukte. Winkels, eettentjes, cafe´s. Hij volgt de bordjes ´Bilheta´ en komt op een grote plaza met rijen loketten. Boven ieder loket staan steeds de naam van de busmaatschappij en de bestemmingen die door die maatschappij bediend worden. Menig maatschappij heeft meer dan 1 loket. Veel Braziliaanse steden, sommige herkent hij, en ook Argentijnse, Uruguyaanse, Paraguyaanse en Chileense plaatsnamen. Geen Bolivia. Ook geen Corumba of Campo Grande, de twee Braziliaanse steden vlakbij de Boliviaanse grens.

Een meisje achter een loket waar in grote letters Rio de Janeiro boven staat ziet Verkenner zoeken en wenkt hem. Waar ik heen wil, vraagt ze in het Portugees. Bolivia, antwoordt hij. Ze stuurt hem naar een maatschappij aan de andere kant van de plaza, die een stuk of vier loketten naast elkaar bemant. Hij leest veel Braziliaanse en andere steden, maar herkent geen een als Boliviaans. En ook geen Corumba of Campo Grande. De man achter het loket wijst hem weer verder als Verkenner als mogelijke bestemmingen Bolivia, Corumba en Campo Grande noemt. Wat de man precies bedoelt, is hem onduidelijk: ergens voorbij en dan naar links. Dat doet hij. Weer rijen met loketten, daarboven namen van busmaatschappijen en tritsen plaatsnamen. Maar weer geen Bolivia, Corumba of Campo Grande. Wel ziet hij een batterij geldautomaten keurig op een rij staan, onder andere een van ABN AMRO´s Brazilianse dochter, Banco Real, herkenbaar aan het groen-gele logo. Die staat naast drie ATM´s van Banco Santander. Toeval?

Hij ziet een bordje ´informaciones´ en gaat daar raad halen. Die blijkt niet duur te zijn, gratis zelfs, en toch goed, waardevoller dan de prijs suggereert. Hij is op de verkeerde terminal. Hij moet in terminal Barra Funda zijn. Het vriendelijke meisje achter de verhoogde balie pakt een zwart-wit kopietje van het schema van de Sao Paolo metro en legt hem uit hoe hij reizen moet. Alles in het Portugees. In Barra Funda moet hij bij Andorinha zijn, die maatschappij kan hem verder helpen, naar Bolivia.

Tiete heeft een eigen metrostation, dat is handig en heeft Verkenner zo gevonden. Het systeem werkt simpel, snel en efficient. Voor hem deze keer tenminste. Hij hoeft maar kort te wachten of er komt al een trein aanrijden. Het lijkt wel wat op de treinen die in de Subway van New York rijden. Niet veel zitplaatsen, alleen maar langs de zijkanten met de rugleuning tegen het raam, veel staplaats, ruime deuren voor in- en uitstappen, geen mogelijkheid om van de ene trein naar de andere te lopen. Het is wel gevuld maar niet vol. Niet de drukte van het spitsuur. Dankzij het schema van het vriendelijke meisje achter de infobalie vindt hij gemakkelijk zijn weg; stapt op het goede station uit om de andere lijn te nemen en vindt eenvoudig het juiste perron voor de trein naar Barra Funda. Als hij het perron oploopt staat de trein te wachten. Niet alleen het schema helpt, ook de simpliciteit van het systeem en de duidelijke verwijsborden.

Tot nu toe krijgt Verkenner een tamelijk georganiseerde indruk van dit land. Nou wist hij al wel dat Brazilie bepaald geen ontwikkelingsland is, als land tenminste, maar toch is hij een beetje verbaasd over de souplesse waarmee alles tot nu toe gaat.

Aangekomen op Barra Funda, eindhalte van deze metrolijn, blijkt de busterminal kleiner dan Tiete te zijn, ongeveer half zo groot, maar druk genoeg om een boel winkeltjes, een paar restaurantjes en een internetcafe te hebben. De vier loketten van Andorinha heeft hij snel gevonden.
"Waar wilt u heen?"
"Bolivia"
"Dat gaat niet. Het dichtstbijzijnde is Corumba. Vandaar kunt u naar de grens met Bolivia", antwoordt de vrouw achter het raam. Of zoiets; zijn Portugees is niet goed genoeg haar precies te verstaan, maar voldoende haar te begrijpen.
"Corumba"
"Enkele reis of retour?"
"Singularo"
"De bus gaat om 15.30" Dat moet de vrouw een paar keer herhalen, nummers zijn niet Verkenners sterkste kant, al helemaal niet in het Portugees. Als hij het eindelijk door heeft kijkt hij op de klok achter haar. Tien voor twaalf. Mooi, dat is ruim de tijd.
"Welke plaats wilt u?" Ze laat hem op het computerscherm de busindeling zien. Hij kiest plaats 27, aan het raam in het midden van de bus.
Ze schrijft met de hand een ticket uit. Het kost 165 reaal. Hij geeft haar zijn creditcard. De autorisatie mislukt. Ook de twede keer.

Of ze misschien een bank of een cambio op dit station weet? Ze wijst hem de weg, de hoek om, maar dat blijkt een rij geldautomaten te zijn. Tegen beter weten in probeert hij zijn mastercard; het beter weten wint dit keer. Barra Funda heeft ook een informatiedesk. Het duurt even voor het meisje zijn Portugees begrijpt. De uitspraak is ook vast niet zoals het zijn moet. Als ze door heeft dat hij op zoek is naar een cambio, of in ieder geval een plek om contant geld te wisselen, heeft ze slecht nieuws: niet op dit station. Na overleg met een collega-informatrice wijst ze hem de weg naar een shoppingcenter in de buurt. Daar is een bank. "Is wel erg duur", maakt ze in woord en gebaar duidelijk. Het geldgebaar met duim en vingers is internationaal. Verkenner heeft niet veel keus, hij moet nu eenmaal naar Bolivia, en trouwens: wat voor haar duur is, is dat voor hem misschien wel helemaal niet. Het ligt er maar net aan wat hij met het geld gaat doen. Een weggegooide euro is duurder dan 100 euro welbesteed.

Het winkelcentrum is het station uit, naar rechts en dan de straat uitlopen. Alsmaar rechtdoor. Zo begrijpt hij tenminste haar aanwijzingen. Hij loopt het station uit, gaat naar rechts en loopt een stuk de straat uit. Een brede, niet-drukke weg. In de volle zon merkt hij pas hoe warm het is. Al na een paar honderd meter gutst het zweet hem uit. Maar goed dat hij een hoed draagt, dat voorkomt zonnebrand.

Komt geen winkelcentrum tegen, noch een bank, noch iets dat erop lijkt. Passeert wel een amusant tafereel. Een stuk of 20 meisjes, leeftijd eind middelbare school, in zo te zien hagelnieuwe fel blauw-witte overalls staan als levende vlaggemasten aan weerszijden langs de weg. Ieder houdt een lange stok omhoog, met in top een grote vlag waarop aandacht wordt gevraagd voor een evenement, dat in een mooi, glazen gebouw langs deze straat blijkt plaats te vinden. Uit de tekst op de vlaggen en van wat hij kan zien gebeuren in de glasdoos maakt Verkenner op dat het om de presentatie van een groot ontwikkelingsproject in Sao Paolo gaat, een appartemententoren. Luxueuze woningen met wijds uitzicht over de stad en de Atlantische Oceaan. De meisjes zijn vast van het promotieteam dat potentiele kopers naar de presentatie moet lokken.

Lopend schiet hem een betere oplossing te binnen: met de metro terug naar Tiete Terminal. Hij meent zich te herinneren daar een cambio te hebben gezien. En als die herinnering een vergissing blijkt te zijn, een memorabele fata morgana, dan maar terug naar het vliegveld. Wel een beetje omslachtig, maar in ieder geval weet hij zeker dat daar volop gelegenheid is de euro´s in zijn portefeuille om re ruilen tegen voldoende reaals om een buskaartje naar Bolivia te kopen. Wie weet hoe lang hij anders in de hitte moet blijven rondlopen, her en der in gebrekkig Portugees aan gebrekkig of niet Engelssprekende Brazilianen de weg vragend. Omgedraaid en terug naar Barra Funda.

In de rij voor het metroloket om een enkeltje te kopen, een singularo, bedenkt hij zich wel eens de bus van half vier te gaan missen, het is al bijna 1 uur. Op en neer naar Tiete lukt vast voor half vier, maar naar het vliegveld misschien wel niet. Niet dat dat zo erg is, er gaat ongetwijfeld vandaag of morgen nog wel een bus die kant uit, maar het zou vervelend zijn als die aardige mevrouw van Andorinha voor niets een stoel in de half vier-bus voor hem vrij houdt. Na een metrokaartje te hebben gekocht, 2,30 real, loopt hij naar het loket van Andorinha.

De aardige mevrouw zit er nog. Hij legt uit meer tijd nodig te hebben, en dat hij niet zeker weet op tijd terug te zijn voor de bus van half vier. Dat ze plaats 27 niet voor hem vrij hoeft te houden. "Ik weet misschien iets", maakt ze hem duidelijk. "Ga naar Puma, een paar loketten verderop. Misschien kun je daar geld wisselen."

Puma blijkt Pluma te zijn, aan het aantal bestemmingen boven het loket te zien een kleine busmaatschappij. "Cambio?", vraagt Verkenner de man achter het raam.
Die schudt glimlachend ontkennend zijn hoofd. Betekent dat dat hij het niet begrijpt, of dat dit geen cambio is?
"Euro?" probeert Verkenner het op een andere manier.
"Hoeveel?", vraagt de man.
"100".
"OK", het duimgebaar geeft Verkenner hoop. ´2,30´ tikt de man op een rekenmachine en laat het Verkenner zien. Hm, dat is bijna hetzelfde als op het vliegveld, 2,35, en daar ging nog de commissie voor de bank vanaf.
"Prima", ondersteund met een opgestoken duim. Verkenner schuift twee vijftigjes onder het raam door en ontvangt 230 reaal terug. Hij neemt het in ontvangst en schuift een briefje van 10 terug. "U heeft me mucho geholpen". Breed glimlachend, duim weer omhoog, neemt de man de 10 reaal in ontvangst.

Terug aan het loket van Andhorinha wordt de transactie snel afgehandeld. Verkenner betaalt de 165 real en krijgt er een buskaartje voor terug. Perron 24 moet hij zijn. Hij loopt naar beneden en gaat bij het hek naar perron 24 op een stoeltje zitten. 5 Mensen met Indiaanse gezichtstrekken en veel bagage zitten en staan al te wachten. Misschien ook naar Bolivia? Het is kwart over een, nog twee uur. Ruim tijd om te schrijven en in de Bolivia-editie van Lonely Planet te studeren hoe de grens over te komen. En passant ook het LP phrasebook Latin American Spanish doorbladerend.



3 brutale vragen:

1.
Wat voor beeld heeft u eigenlijk van een land als Brazilie? Behalve dan dat er uitzonderlijk goed gevoetbald wordt. Of van een stad als Sao Paolo? Behalve dan dat het er vaak warm en zonnig is.

2.
Misschien vindt u het relaas over een vreemdeling op doorreis in Sao Paolo wel de moeite waard met een vriend of vriendin te delen. Als dat zo is, stuur of vertel het door. Mag, hoeft niet. Als dat niet zo is, houdt het dan voor u zelf. Mag ook.

3.
Misschien, heel misschien is de ervaring van Verkenner in Sao Paolo hoe een buskaartje naar Bolivia te kopen u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het een euro waard vindt. Anders niet. Dat zou niet welbesteed zijn.



Vriendelijke groet, ton

4.11.07

Een gandhiaans verhaal in Memphis

Vrijdag 26 oktober 2007
Pilgrim House, Memphis

Wow, wat een dag is het geweest. Vandaag was de eerste dag van de Gandhi King Conference, de aanleiding en het doel van zijn zevendaagse reis naar Memphis. De Nederlandse conferentieganger heeft een aantal oude bekenden weer ontmoet, en veel nieuwe onbekenden bekend gemaakt. Thuis in het Pilgrim House, het hostel van de First Congregational Church en zijn logeeradres in Memphis, overdenkt hij de ervaringen van vandaag.

Zomaar een verhaal schiet hem te binnen dat Barry Gan vertelde. Een gandhiaans verhaal. Barry Gan is een professor Filosofie aan een universiteit in Buffalo. Hij is ook Director van het Centre for Nonviolence aan die universiteit, St. Bonaventure University. Hij heeft een prettige en aanstekelijke manier van vertellen, weet de Nederlander nog van vorige jaren. Die indruk werd vandaag bevestigd.

We zijn in het Spain Auditorium in Buckman Hall. Buckman Hall is een van de gebouwen op de mooie campus van de Christian Brothers University. Net als vorige jaren is deze universiteit gastheer en sponsor voor de tweedaagse conferentie. Barry geeft samen met Ron Large en Anna Brown een voordracht over hoe Mohandas Gandhi, Martin Luther King en Daniel Berrigan dachten over the Beloved Community. Gandhi en King kent hij wel, maar Father Dan Berrigan is voor de Nederlander een onbekende, en daarom een reden om deze presentatie uit de veelheid van sessies te kiezen. Van de drie presenters is Barry degeen die Gandhi´s visie uiteenzet. Hij doorspekt zijn uiteenzetting met smakelijke anekdotes.

Op een dag kwam er een vrouw met haar zoontje van 12 bij Gandhi. Ze hadden er een paar dagen over gedaan om van het dorp waar ze wonen naar de ashram van Gandhi te lopen. De moeder was ten einde raad. Haar zoon was verslaafd aan snoepen.
"Alsjeblieft", vroeg ze de Mahatma, "help me. Mijn zoon kan niet van snoepjes afblijven. En het is slecht voor hem. Het is slecht voor zijn tanden, het is slecht voor zijn lichaam, en het is slecht voor zijn mentaliteit. Maar hij wil niet luisteren. Honderd keer zeg ik hem te stoppen met snoepen omdat het slecht voor hem is. Dat het slecht voor zijn tanden is, slecht voor zijn lichaam en slecht voor zijn mentaliteit. Praat eens met hem. Naar mij wil hij niet luisteren. U bent de enige waar hij nog iets van wil aannemen."
Gandhi dacht even na en vroeg de vrouw twee weken later terug te komen.

Moeder en kind gaan terug naar hun dorp, en twee weken later zijn ze weer terug bij Gandhi. "Luister goed naar wat ik je zeg", zegt hij tegen de jongen, "Je moet stoppen met snoepen. Het is slecht voor je. Het is slecht voor je tanden, het is slecht voor je lichaam, en het is slecht voor je mentaliteit."

"Nou", zegt de moeder als ze hoort wat Gandhi haar zoon te vertellen heeft, "had u dat niet twee weken geleden kunnen zeggen? Ben ik hiervoor twee dagen heen en twee dagen terug op en neer gelopen? Had u dit mijn zoon niet meteen kunnen vertellen?"

"Jawel", antwoordt Gandhi, "maar ik wilde eerst zeker weten dat ik zelf twee weken lang het snoepen kan laten voor ik zo´n advies geef"

Barry gebruikte het verhaal om te illustreren dat Gandhi niet alleen zei wat hij zei, hij deed het ook. He wasn´t just talking the talk, he walked the walk.


3 brutale vragen:

1.
Eigenlijk is het maar een beperkte blik, om alleen maar wijze raad aan te nemen van mensen die zelf de ervaring hebben. Als iedere ´talk´ alleen maar aangenomen wordt na de ´walk´te hebben gedaan of van mensen die zelf de ´walk´ hebben ´gewalked´, moet er veel gewandeld worden. Maar ja, hardleers zijn is misschien wel human nature. En iets anders; zouden verhalen als deze het begin kunnen zijn van de deificering van iemand als Gandhi? Die toch echt maar een gewoon mens is geweest. Net als die andere historische figuren die in de huidige tijd in de ogen van veel mensen goddelijke proporties hebben gekregen. Siddarta (Boedda), Jezus (Christus), Mohammed (de profeet), om niet willekeurig drie mensen te noemen. Ook iets om over na te denken.

2.
Misschien vindt u dit verhaal wel de moeite waard om het door te vertellen of te sturen. Misschien kent u wel iemand die ook aan snoepjes verslaafd is. Misschien helpt het verhaal wel hem, of haar, van de verslaving af te helpen. En anders is het misschien wel gewoon een leuke anekdote om een verjaardagsfeest of het internet mee te verluchtigen. Als dat zo is, stuur of vertel het door.

3.
Misschien, heel misschien vindt u het gandhiaanse verhaal van professor Barry Gan wel smakelijk genoeg voor een euro. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het een euro waard vindt. Anders niet. Bewaar die euro dan maar voor een ander snoepje. Pas wel op, he; het is slecht voor u.



Vriendelijke groet, ton

Een vrouw, een man en een rugzakjongen in een cafe, deel 2

Dinsdag 9 oktober 2007,
The Coffee Room, Warrensburg NY

Wat vooraf ging: De jongen met de rugzak maakt in The Coffee Room twee Amerikaanse vrienden, Doug en Janet, en legt hen de vraag voor How to build the Beloved Community. Janet twijfelt tussen unconditional love en trust. Gezamenlijk komen de drie tot de conclusie dat het allebei is.

"Now, can I ask you a question?" Doug legt de klemtoon op you.
"Sure. Shoot"
"Do opposites attract?"

Nou, die vraag kan de jongen van de rugzak gemakkelijk beantwoorden. Niet dat hij het antwoord weet, zo wijs is hij helaas nu ook weer niet. Maar hij heeft wel twee antwoorden paraat. Met een beetje fantasie wel honderdduizend, maar daar zal hij Doug en Janet, die geinteresseerd meeluistert, maar niet mee lastig vallen. Nog niet. Wil ze niet meteen overvoeren. Twee dus.

Niet toevallig paraat. Juist eergsiteren, in de Greyhoundbus onderweg van New York City naar Warrensburgh had Gail hem in bijna dezelfde woorden hetzelfde gevraagd. "Two answers. For two different perceptions of the phrase 'opposits attract'. Usually the expression is used to describe the phenomenon of two opposing characteristics attracting each other. Like seeing black and white or tall and short together. It's an unusual sight, cuase we tend to think that birds of a feather flock together. We tend to think that opposites exclude one and another. As if you cannot have both at the same time. But before I give you any answer, why do you ask?"

"Well, it seems that we are alike magnets. Plus attracts minus. It seems as plus and plus don't go together. So, is it true that opposites attract?"

"I see what you mean. Well, my answers are not definite, but I would say yes and no. Yes, because it is clear to see that sometimes opposits attract. However, in those cases we focus on the opposite characteristics and we conclude opposits attract. If on the other hand you look at the same case from a different angle, or with a different perspective if you will, you'll find some common characteristics as well. It must be the common or shared trait that establishes the attraction. The differences, or opposits, are just not strong enough to prevent such attraction. Actually the complementary of those opposites might strengthen the attraction. That´s when we speak of opposites attract. So that´s one yes and no. Does that answer your question?"

"More or less in a way, yes. What´s the other answer?"

Gaandeweg het eerste antwoord schiet de jongen nog een derde te binnen. Een gedachtengang die hij nog niet eerder heeft gehad, en ook nog niet ten einde heeft gedacht. Hij twijfelt even of hij die zal vertellen, of toch maar dezelfde als hij Gail heeft verteld. Dat laatste is veiliger, want al een paar keer verteld, ook in het Engels. Maar de uitdaging van een voor hem nieuwe redenering meteen in het Engels verwoorden spreekt hem ook aan. Beschouwt het als een klein stapje in zijn ontwikkeling, gedachten meteen in een vreemde taal verwoorden. En de omgeving van dit cafe en het gezelschap van Doug en Janet voelt vertrouwd genoeg aan. Misschien kunnen zij hem wel helpen de idee ten einde te denken. Wie weet?

"Well, what we percieve as opposites are not always that. They are just different categories, made up for us to understand the vast complexity of what we see around us. Sometimes opposites are actually even the same" Nou, het Engels komt er inderdaad tamelijk krom uit, en aan de gezichten van Janet en Doug kan hij zien dat het ook niet helemaal helder is.
"Can you give an example?", vraagt Janet.
Poef, nou wordt het pas echt tricky. Over een voorbeeld had hij nog helemaal niet nagedacht.

"Think of black and white. Two opposites, right? One categorie excludes the other. We used to categorize people as black and white to stretch their differences and loop upon them as two different categories. I´ll not go into the reasons for that. That´s an entirely different discussion. In reality there are no black or white people. I mean, the three of us are sort of whitish pink, and black is usually brown. Dark brown at most. India provides us a good example. To us, white westerners, all Indians are brown. Within India however the peoples from the north have a lighter skin complexity than the peoples from the south. It´s clearly distinguishable when you travel the country. Sometimes they are referred to as black and white. To us, at first that sounds hilarious, because they are all the same"

Of hij het hiermee duidelijker heeft gemaakt, dat kan hij niet beoordelen. Hij snapt wel wat hij bedoelt, maar of Janet en Doug dat ook doorhebben, hij weet het niet. Hij moet hier toch nog maar eens wat dieper over nadenken.


3 brutale vragen:

1.
Ook wel eens te snel een idee verteld? Nog voor u het zelf helemaal snapte? In een cafe, of ergens anders? En, weet u nog wat ervan kwam?

2.
Misschien kent u wel iemand die het gesprek tussen twee Amerikanen en een vreemdeling in een dorps cafe wel leuk vindt. Als dat zo is, vertel het hem, of stuur het door. En als u zo iemand niet kent, moet u misschien toch eens naar een cafe gaan.

3. Misschien, heel misschien is het verhaal van de jongen met de rugzak, die in Amerika een vreemdeling is, u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het uw euro waard vindt. Anders niet.



Vriendelijke groet, ton

In Brazilie. Of toch niet?

Vrijdag 2 november 207
dag 2 van De Luister-en-Vertel-Tournee in Bolivia
Guarulhos International Airport, Sao Paolo, Brazilie

Daar zit hij dan, zojuist geland vanuit Milaan. Het is de eerste keer dat John Verkenner in Brazilie is en zoals steeds als hij voor het eerst in een vreemd land is neemt hij na aankomst ruim de tijd aan die nieuwe omgeving te wennen. Haast is het laatste wat hij heeft of wil hebben. Op de luchthaven zoekt hij een plaats om relaxed te kunnen zitten en zoveel mogelijk informatie in zich op te zuigen. Zoals meestal vindt hij die in de buurt van een coffeecorner. Bestelt een espresso en verdiept zich in de Lonely Planet van Brazilie om te kijken hoe hij het beste hier vandaan kan komen. Kijkt om zich heen.

Nu is Brazilie niet zijn bestemming. Niet meer dan een toevallige tussenstop op weg naar Bolivia. Vanuit Europa bleek het veel voordeliger naar Rio de Janeiro of Sao Paolo te vliegen dan naar La Paz, de Boliviaanse hoofdstad. Hij wil dan ook zo snel mogelijk met de bus naar Bolivia of naar Corumba, het Braziliaanse plaatsje, een kilometer of 7 van de grens met Bolivia. En als er geen directe verbinding is, dan naar Campo Grande, de grootste stad in de buurt van Corumba. Hij is niet van plan in Sao Paolo te blijven. Dat komt waarschijnlijk nog wel; op 1 december is de terugreis naar Europa gepland. Dik kans dat hij dan een dag of twee weer in deze stad met 20 miljoen (!) mensen zal zijn.

Een internationaal vliegveld is een goede plek om een aantal praktische zaken te regelen. Zorgen dat hij lokaal geld in handen krijgt. Is en passant meteen een goede manier om te weten te komen hoe het met de monetaire infrastructuur in een land zit. Kan hij er met zijn Nederlandse bank- en creditcards geld uit de automaat pinnen, of is hij op wisselkantoren en banken aangewezen? Steeds vaker ontdekt hij dat het eerste het geval is, maar ook komt hij nog wel eens in landen waar de ATM´s, als ze er al zijn, alleen voor de rekeninghouders van die bepaalde bank toegankelijk zijn. Ook een goede plek om te kijken of zijn mobiele telefoon dekking heeft, iets van de taal opnemen en in te schatten hoe nuttig zijn Engels, Duits en Frans zijn, en een beetje gevoel krijgen voor de kostenverhoudingen. En als, zoals nu, de luchthaven van aankomst later ook de luchthaven van vertrek is, is het misschien ook een goede plek om cadeaus voor zijn kinderen te kopen.

Nou, op bijna al deze punten krijgt hij uitsluitsel. Hij wisselt 50 euro om in Braziliaans geld. 1 euro is 2,35 reaal. 500 Euro heeft hij aan contant geld meegenomen uit Europa, ervanuitgaande dat dat genoeg is voor een maand in Bolivia. Het wemelt op de luchthaven van de ATM´s van verschillende banken. Hij herkent ABN AMRO aan het logo, heet hier Banco Real. Keurig op een rijtje in of langs de muur. Dat zegt wel niet alles, maar is meestal een teken dat het in de rest van het land niet al te moeilijk zal zijn geld te pinnen als dat nodig is. De ene geldautomaat accepteert zijn creditcard niet, die bank moet hij dus niet hebben, een andere wel. De espresso kost R$ 2,40, en de prijzen worden hier inclusief belasting vermeld. Dat is wel eens anders, heeft hij proefondervindelijk verrassenderwijs ontdekt. Kwam er bij de prijzen op het menu zomaar 12% VAT bij. Dat kan het verschil zijn tussen aantrekkelijk goedkoop en onaanvaardbaar duur. Deze espresso kost dus iets meer dan 1 euro. Aanvaardbaar voordelig, zeker als het prima koffie blijkt te zijn. ´Cafe pura´ heet zwarte koffie zonder suiker in het Portugees.

Hij heeft zijn kinderen beloofd in ieder geval een shirt van Ronaldinho en van Ronaldo mee te nemen uit Brazilie. Die vindt hij in de dutyfree shop van dit vliegveld. Handig om te weten voor straks. Kan hij die shirts straks kopen en hoeft ze dan dus niet de hele maand door Bolivia mee te nemen. Kan ze dan ook niet kwijtraken. Het zijn de echte, Nike´s. Wel aan de prijzige kant, $ 65 per stuk voor een kindermaat. Hm, toch maar eens rondkijken of dat niet voordeliger kan.

Een vliegveld, zeker een internationale, is zelden representatief voor een land. Al was het maar omdat ieder land haar best doet juist die internationale luchthaven zo mooi mogelijk op te poetsen, zodat reizigers bij aankomst een goede indruk van het land krijgen. Maar het geeft wel een indruk, al was het maar omdat niet iedere bezoeker op die luchthaven een boodschap heeft aan die nationale ambitie. Als je er maar voor zorgt zo´n eerste indruk niet te verabsoluteren, als je maar zorgt dat er in je hoofd en in je meningsvorming voldoende ruimte overblijft voor tegengestelde indrukken, kun je er best wel wat nuttige info opdoen over het land en de mensen. Hoe gaan mannen en vrouwen met elkaar om, bijvoorbeeld. Lopen jonge stellen openlijk hand in hand, of juist niet? Hoe innig wordt afscheid genomen en verwelkomd? Wat voor kleren dragen mensen? Wat voor apparatuur zie je? Hoe schoon is het? De toiletten bijvoorbeeld. Hoe geordend zijn de voorzieningen? Hoe goed is de bewegwijzering?

Verkenner´s eerste indruk is dat deze luchthaven net zo goed in Europa had kunnen zijn. De mensen zijn gekleed zoals je je dat in pakweg Parijs, Barcelona of Madrid voorstelt als het ´s morgens om 6 uur 21 graden is. Hij ziet een tafeltje verderop een groepje jongemensen rondom een opengeklapte laptop met een houding alsof dat de alledaagste zaak van de wereld is. Een jongen en een meisje staan ongegeneerd te zoenen. Aan vrijwel alle tafeltjes zitten mannen en vrouwen door elkaar. Er zijn winkels met Braziliaanse souvenirs. Hij vindt snel en gemakkelijk de weg naar het postkantoor op de eerste verdieping . Koopt er vier ansichtkaarten en doet er meteen twee op de post. Porto is twee reaal voor iedere. De eerste kaarten voor Laure en Tom uit Zuid-Amerika.


3 brutale vragen:

1.
Hoe vaak gaat u op een eerste indruk af? Een eerste indruk is precies wat het is: een eerste indruk. Niet onbelangrijk, maar zeker niet alleszeggend. Een ´goede´ eerste indruk kan dus betekenen een eerste indruk die overeenkomt met volgende indrukken, maar kan ook betekenen een eerste indruk die een mooier beeld voorspiegelt dan de werkelijkheid is. Het ligt er maar net aan wat je onder ´goed´ verstaat en vanuit welk perspectief je het bekijkt. Daar staat dan weer tegenover dat de manier waarop de verdere werkelijkheid later wordt ervaren niet zelden bepaald wordt door die eerste indruk. Zo bezien beinvloedt een eerste indruk van een land de werkelijke aard van het land zonder de werkelijkheid te veranderen. Iets om over na te denken, voor als u weer eens een eerste indruk opdoet.

2.
Misschien vindt u de eerste indruk die Verkenner van Brazilie heeft wel de moeite waard om het door te vertellen of te sturen. Al was het maar omdat u iemand kent die dezelfde of juist een andere indruk heeft van dat land, het grootste en misschien wel rijkste van Zuid-Amerika. Of die meer dan een eerste indruk van Brazile heeft. Als dat zo is, stuur of vertel het door.

3.
Misschien, heel misschien is deze eerste indruk u wel een euro waard. Als dat zo is, doneer het aan rekeningnummer 1689.67.456 van de Stichting Luister en Vertel Tournee te Oisterwijk. Maar alleen als u het een euro waard vindt. Anders niet. Drrink anders maar een goed kopje koffie, espresso of niet, al dan niet op deze Luister-en-Vertel-Tournee. Is ook een beetje een euro.



Vriendelijke groet, ton